Ik eet, dus ik ben

Lees hier het pdf van dit artikel. Toon me uw ijskast en ik zeg u wie u bent. Wat we eten is een persoonlijke keuze. Maar toch zegt eten ook veel over welke culturele achtergrond we hebben en tot welke sociale klasse we behoren. En maken mensen voortdurend een ‘verkeerde’ keuze – vreemd, vies of ongezond - dan wordt het ‘persoonlijke’ ineens ‘politiek’. Dan wordt eten een steen des aanstoots. Door Annelou van Egmond Eten is iets heel persoonlijks, de herinnering aan de smaak of de geur van eten uit je jeugd is heel indringend. Mensen kunnen eindeloos experimenteren tot ze de smaak van ‘de gehaktballen van hun moeder’ precies kunnen reproduceren. Toen ik zelf in de jaren ‘90 van de vorige eeuw in New York woonde, tipten Nederlandse collega’s bij de Verenigde Naties elkaar als er ergens bij een bakker op Manhattan ‘echt volkoren brood’ was gesignaleerd. Mensen die al jaren in een ander land woonden, konden kennelijk toch maar met moeite wennen aan die slappe witte boterhammen. In dit artikel analyseer ik wanneer deze persoonlijke voedseleigenaardigheden politiek worden. Culturele verschillen in eetgewoonten lijken op het eerste gezicht gemakkelijker geaccepteerd te worden dan sociale verschillen. Maar deze grens is rekbaar omdat de twee sferen nogal eens in elkaar overlopen. Culturele verschillen Wat iemand eet, zegt vaak veel over de cultuur waarin die persoon is grootgebracht. Culturele (groeps-) identiteit is een flexibel begrip, en is opgebouwd uit allerlei elementen. Een eigen ‘keuken’ hoort daar vaak bij. Mensen die emigreren laten hun voorliefde voor bepaalde ingrediënten en bereidingswijzen niet zomaar achter in het thuisland. En dat leidt wel eens tot wrevel, ook in Nederland. De vroegste onmin over de multiculturele samenleving ontstond dan ook door ‘vreemde etensluchtjes’ in het trappenhuis. We schrijven de jaren ’70. En daarmee liep Nederland een halve eeuw achter op de Verenigde Staten. Daar was in de jaren ‘10 en ‘20 van de vorige eeuw al protest gerezen tegen de eetgewoonten van (Joodse) migranten uit Midden en Oost Europa: ‘One of the biggest battles over assimilation occurred a century ago in New York City and the battleground was food. Politicians, public health experts and social reformers were alarmed by what they saw as immigrants’ penchant for highly seasoned cooking. They used too much garlic, onion and pepper. They ate too many cured meats and were too generous with condiments… No immigrant food was more reviled than the garlicky, vinegary pickle. Pungent beyond all civilized standards, toxic to both the stomach and the psyche’ (New York Times, 3 augustus 2011) Mensen die andere dingen eten dan wijzelf – dat stelt de tolerantie pas echt op de proef! Maar is een ingrediënt of gerecht eenmaal geaccepteerd dan vergeten we razendsnel wat de herkomst is en wordt het onderdeel van onze eigen cultuur. Iedere Franse kleuter eet braaf couscous op de crèche, iedere Amerikaanse tiener weet dat een schoollunch vaak uit een slice of pizza bestaat en iedere Britse student begrijpt dat een avondje stappen alleen geslaagd is als er curry wordt gegeten. Zijn Nederlandse leeftijdsgenoot haalt liever ‘een vette bek’ in de vorm van een broodje shoarma. Dit zijn relatief platte voorbeelden. Van een culinair hoger niveau is wellicht de Australische keuken; een werkelijk fenomenale smeltkroes van de mediterrane, de Aziatische en de traditioneel Engelse keuken die inmiddels met grote trots naar de landen van herkomst uitgedragen wordt als een soort Boomerang Cuisine. Als eten inderdaad persoonlijk is en vooral zijn beslag krijgt achter de eigen voordeur – waar bemoeien we ons dan mee? We verwachten, en eisen, dat een ieder die zich in Nederland bevindt zich houdt aan de Nederlandse wetten en regels. Het is niet toegestaan minderjarige meisjes te onttrekken aan de leerplicht en/of uit te huwelijken; het is niet toegestaan mensen te discrimineren of zelfs fysiek te bedreigen vanwege hun seksuele geaardheid; het is niet toegestaan met meer dan één partner tegelijk getrouwd te zijn. Als mensen met een niet-Nederlandse achtergrond al van mening zouden zijn dat dit allemaal wel moet kunnen dan moeten ze dat in Nederland toch opgeven. Maar ze mogen eten wat ze willen, tenminste binnen de wettelijke grenzen. Het felle debat over ritueel slachten van de afgelopen maanden toont overigens aan dat de grenzen van de culturele culinaire diversiteit, en tolerantie, wel degelijk ter discussie staan. Sociale verschillen Niet alleen mensen met een andere culturele achtergrond, maar ook met een andere sociale achtergrond houden er verschillende eetgewoonten op na. Dat is eveneens niet nieuw. Kijk nog maar eens goed naar het schilderij De Aardappeleters van Vincent van Gogh…. Ook in films en op de televisie is het duidelijk: rijke mensen eten kaviaar en drinken champagne en arme mensen eten bruine bonen. Dit beeld is gechargeerd maar er is inderdaad een aantoonbaar verschil tussen de eetgewoonten van mensen met een redelijk inkomen en mensen met een laag inkomen. Dat is niet alleen in Nederland zo maar in de hele wereld. In de westerse wereld is dat verschil, even los van specifieke ingrediënten of recepten, terug te brengen tot een verschil in vet-, suiker- en zoutgehalte. Mensen met geld eten verse groenten en fruit, volkorenbrood, weinig vlees, olijfolie en drinken halfvolle melkproducten – kijk maar even in uw eigen ijskast – en mensen met weinig geld eten weinig groenten en fruit, en veel witbrood, gefrituurd eten en drinken frisdranken. Ook dit is kort door de bocht maar iedere docent op een basisschool kan je vertellen welke kinderen een appeltje meekrijgen van thuis en welke kinderen een zakje chips. De vraag is of we even tolerant zijn over deze sociale verschillen als over culturele verschillen? Het lijkt er niet op. Het grote probleem bij sociale verschillen in eetgewoonten is dat armere klassen vaak ongezonder leven. Een dagje te vet, te zoet of te zout eten kan geen kwaad maar enkele decennia, te beginnen bij de vroegste jeugd, leven op een dergelijk dieet leidt tot serieuze gezondheidsproblemen. Obesitas en de daarbij horende gewrichtsklachten en bewegingsbeperkingen, hart- en vaatziekten, diabetes, hoog cholesterol en hoge bloeddruk zijn hier voorbeelden van. Statistieken wijzen uit dat een ongezonde leefstijl tot chronische ziekten lijdt die zich vroeg(er) aandienen en uiteindelijk tot vroeg(er) overlijden. Hoewel gezondheidsproblemen voor de patiënt zelf altijd het meest belastend zijn, is er ook een maatschappelijk component omdat de kosten als gevolg van arbeidsongeschiktheid en voor behandeling en begeleiding slechts zeer ten dele neerslaan bij de patiënt in kwestie. Omdat de maatschappelijke kosten hoger zijn is ongezond eten vaak niet alleen meer een persoonlijke keuze, ingegeven door armoede en onwetendheid, maar ook een gemeenschappelijk probleem. En dus gaan we ons als samenleving bemoeien met zo iets persoonlijks als eetgewoonten. Moeten we nu ingrijpen bij slechte eetgewoonten ingegeven door sociale verschillen, en moeten we tolerant zijn bij culturele diversiteit? Een simpel antwoord hierop is helaas niet te geven omdat er een relatie bestaat tussen culturele en sociale verschillen ten aanzien van eetgewoonten. Cynisch genoeg nemen mensen met een relatief hoog inkomen de relatief gezonde elementen uit de verschillende etnische keukens graag over terwijl de migranten met een laag inkomen juist de ongezonde elementen uit onze westerse keuken lijken te omarmen. Yuppen smullen van vetarme en vleesloze sushi, zelfgemaakte pasta met vongole en een mooie Thaise noedel salade met limoen en verse koriander. Tegelijkertijd koken nieuwe Nederlanders vooral met feestdagen, zoals Ramadan, hun heerlijke authentieke gerechten en vallen zij op doordeweekse dagen steeds meer terug op hamburgers, pizza en frites. Dat is pas echt een multicultureel drama!  Culinaire bemoeizucht Het persoonlijke – voedselkeuze - wordt dus steeds vaker politiek. En dat wordt niet zonder slag of stoot geaccepteerd. Mensen verzetten zich met verve tegen de culinaire bemoeizucht. Toen de voorzitter van de Raad voor de Volksgezondheid en de Zorg vorig jaar suggereerde om ongezond eten duurder te maken en gezond eten daarmee relatief goedkoper, door de media Vet-tax gedoopt, ontspon zich meteen een fel digitaal debat. ‘Waar bemoeit die Rien Meijerink zich mee?’ was nog wel de meest beleefde bijdrage. Sympathisanten van de Tea Party in de VS richten hun ongenoegen op Michelle Obama die in de tuin van het Witte Huis een moestuin heeft aangelegd waar kinderen van Washingtonse scholen kunnen wieden en leren over gezond eten. Zij stellen dat life style related illnesses helemaal niet bestaan, net als global warming, en hekelen de ‘marxistische voedsel propaganda’ van de First Lady. De komende jaren is nog heel wat ruzie over gezond en ongezond eten te verwachten waarmee de waarschuwing ‘Food Fight!’ ineens een heel andere betekenis krijgt. Hoe zou een overheid hier mee om moeten gaan? Ik pleit vooral voor de carrot en niet voor de stick. Dus geen dwang in de vorm van ge- en verboden maar juist verleiding. De in het laatste verkiezingsprogramma van D66 voorgestelde Kiloknallertax is hiervan een prima voorbeeld. Zorg ervoor dat niet-duurzaam geproduceerd, en relatief vetrijk vlees duurder is dan de duurzame en magere variant. Verleidt bovendien niet alleen de consumenten maar ook de aanbieders zodat in winkels de gezondere optie veel makkelijker te vinden is in de schappen dan de ongezonde. Mensen mogen best af en toe dingen eten en drinken die minder goed voor ze zijn maar daar moeten ze dan wel een beetje moeite voor doen en de maatschappelijke kosten ervan moeten vertaald worden in de prijs. Dan is het nog steeds een individuele keuze maar die zal dan vaak anders uitvallen dan nu. Het is goed om te vertrouwen op de eigen kracht van mensen maar het is ook goed om rekening te houden met de belangrijkste motivaties van mensen: gemak, genot, gewin. Als gezonder voedsel makkelijker te vinden is, en ook nog goedkoper is, dan merken we vanzelf dat het vaak ook veel lekkerder is!   Annelou van Egmond is redacteur van Idee. In 2010 was zij finalist van Masterchef in Nederland.   Heeft dit artikel uw interesse gewekt? Klik hier voor meer info en abonnementen. -- Dit artikel verscheen in idee nr. 5 2011: De politiek van het eten en is te vinden bij de onderwerpen cultuur, gezondheid en gedrag.