Een echt liberale buitenlandpolitiek

sjoerds_stijnvh_echtliberalebuitlpolInternationale samenwerking staat onder druk terwijl steeds meer grensoverschrijdende vraagstukken schreeuwen om een gezamenlijke aanpak. Nederland heeft een groot belang bij een wereldorde gebaseerd op recht, vrijheid en vooruitgang. Juist nu is het tijd voor een echt liberaal buitenlandbeleid. Door Sjoerd Sjoerdsma en Stijn van Hooff De wereld was nog nooit zo welvarend en ontwikkeld als nu. Extreme armoede en honger worden langzaam teruggedrongen. We worden ouder dan ooit. Een historisch aantal kinderen gaat naar school. En in steeds meer landen kan je zichtbaar jezelf zijn en liefhebben wie je wil liefhebben. Deze vooruitgang kwam niet vanzelf. Hij is te danken aan verregaande samenwerking, vrijhandel en wetenschappelijke vooruitgang. Maar deze vooruitgang staat op het spel, door de uitdagingen waarvoor wij als wereld staan: wereldwijd is vrijheid op haar retour[1] en we zien een verscheurd Midden-Oosten, een vluchtelingencrisis, de EU onder grote druk en een dreigende klimaatramp. Bovendien is in de Verenigde Staten een president verkozen die de fundamenten betwist waarop deze samenwerking, vrijhandel en vooruitgang rusten. Trump trekt het Atlantisch bondgenootschap in twijfel, wil af van het klimaatakkoord, verscheurt het liefst het nucleair akkoord met Iran, wil stoppen met vrijhandelsverdragen en schurkt aan tegen Rusland. Het zal moeten blijken of hij zijn populistische uitspraken waarmaakt. Maar als hij echt zegt wat hij doet en doet wat hij zegt, heeft dat grote gevolgen voor de huidige wereldorde. Bij deze ontwikkelingen wil en kan D66 zich niet neerleggen. We kunnen niet stil blijven staan. We moeten vooruitkijken. Juist nu. Vrij naar Robert Kennedy: sommigen zien de wereld en accepteren die zoals zij is, wij zien de wereld zoals zij kan zijn en accepteren haar daarom niet zoals ze is. Wij spreken ons altijd uit vóór mensenrechten, vóór de democratische rechtsstaat en vóór individuele vrijheid. D66 strijdt tégen onderdrukking, tégen ongelijkheid en tégen schending van internationale normen. Dat is sociaal-liberaal. Dat is de unieke rol waarom Nederland internationaal bekend staat. Dat past goed in onze traditie. Daarbij past een buitenlandbeleid dat stevig steunt op waarden. Onze waarden zijn onze belangen In discussies over het buitenlandbeleid wordt vaak geschermd met de ‘koopman’ en de ‘dominee’. De koopman staat dan voor onze harde belangen, zoals lucratieve handelscontracten. De dominee representeert ons ‘geheven vingertje’. De waarden van de dominee en de belangen van de koopman worden als tegengestelde ambities gepresenteerd, waaruit we moeten kiezen in ons buitenlandbeleid. Maar zelden wordt het punt gemaakt dat juist de waarden die ten grondslag liggen aan het internationale stelsel tegelijkertijd onze belangen zijn, op een veel fundamenteler niveau dan een incidentele exportdeal. Nederland is gebaat bij open grenzen, goede verstandhoudingen met buitenlandse partners, stabiliteit in de internationale arena en heldere internationale afspraken. Het is daarom logisch – maar ook uniek – dat de bevordering van de internationale rechtsorde als expliciet doel is vastgelegd in de Nederlandse grondwet. Zonder een internationale rechtsorde delft een relatief klein land als Nederland het onderspit. Alleen wanneer we samen met gelijkgezinde partners optrekken met het recht aan onze zijde, kunnen we een vuist maken. Daarom steunen wij internationale instituties waar we zulke afspraken maken en dragen we daar zelf actief aan bij. Anders gezegd: als de Europese Unie, de Verenigde Naties en de Wereldhandelsorganisatie nog niet bestonden, zouden we die vandaag uitvinden! In een volwassen democratie, die wordt ondersteund door een rechtsstaat, zijn de vrede, de veiligheid en de vrijheid van het individu maximaal. Om met John Locke te spreken: ‘where there is no law, there is no freedom’.[2] Daar komt bij dat democratieën hebben bewezen de meest stabiele regeringsvorm te zijn. Zij zijn minder geneigd om de wapens op te pakken en kiezen er eerder voor conflicten vreedzaam te beslechten. Daarom stelt D66 de mensenrechten centraal in het buitenlandbeleid. Dit blijkt een effectief middel te zijn. Wanneer we ervoor kiezen om geen wapens te leveren aan een land omdat het de mensenrechten schendt, geven we een stimulans aan verandering. Daarom heeft D66 gepleit voor het stoppen van Nederlandse wapenleveranties aan Saoedi-Arabië, Rusland en Zuid-Soedan. Bovendien geldt: als we wel wapens leveren aan landen die de mensenrechten of het humanitair oorlogsrecht schenden, wat zijn onze principes dan nog waard? Hoe serieus nemen we onze eigen waarden dan? En nog veel belangrijker: welke prikkel is er dan nog voor zulke landen om hun gedrag aan te passen? Met vrijhandel komt verantwoordelijkheid Nederland verdient ongeveer een derde van het nationaal inkomen in het buitenland.[3] Nederland is dus gebaat bij vrijhandel. Maar dat ontslaat ons niet van de verantwoordelijkheid om onze principes uit te dragen. Dit geldt voor grote vrijhandelsverdragen, waar D66 staat voor de bescherming van onze hoge standaarden op het vlak van mensenrechten, vrijheid en de rechtsstaat. Maar dat geldt ook voor actuele geopolitieke kwesties. Neem de naïeve houding van het huidige kabinet ten opzichte van Rusland. Poetin had zijn ware aard allang getoond met zijn betrokkenheid bij de oorlogen in Abchazië en Zuid-Ossetië. Maar dit kabinet heeft lang weggekeken onder het mom van de handelsbelangen. Zelfs toen bij de grootste Poetinadepten de schellen van de ogen vielen, bleven sommige partijen tegenstander van sancties tegen Poetin. Dat veranderde pas in de zomer van 2015, toen het echt niet anders meer kon. En wat heeft die nadruk op de goede samenwerking met Rusland opgeleverd? Poetin heeft Oekraïne gedestabiliseerd, begaat oorlogsmisdaden in Syrië en bedient zich van steeds verdergaande repressie in eigen land. Hadden we de aard van Poetins regime eerder onder ogen durven zien, dan hadden we wellicht eerder met sancties zijn koers kunnen proberen te verleggen.  

‘ Als we wapens leveren aan landen die de mensenrechten of het humanitair oorlogsrecht schenden, wat zijn onze principes dan nog waard?’

  Dat we ergens wederzijds economisch voordeel behalen, ontslaat ons dus niet van de verplichting om in verweer te komen tegen mensenrechtenschendingen. Als we ons niet durven of willen uitspreken, accepteren we de onderdrukking van mensen zolang een regime stabiel is. Daarmee geven we impliciet steun en daarmee legitimiteit aan deze dubieuze regimes. D66 wil dat voorkomen door bijvoorbeeld onze energieafhankelijkheid van bepaalde regimes af te bouwen. Dat kan als we radicaal inzetten op een serieuze energiepolitiek in de EU en nationaal op schone energie. Zo spelen windmolens ineens een belangrijke geopolitieke rol. Mensenrechten voor iedereen, altijd en overal Buitenlandbeleid geeft ook de identiteit van een land weer. Het is een visitekaartje naar de wereld. Als Nederland zich jarenlang inzet voor verbetering van de mensenrechten wereldwijd, is het meer dan vreemd dat wij het oppakken van journalisten in Turkije niet meer aankaarten omdat we de Turkijedeal niet in gevaar willen brengen. Is het meer dan vreemd dat we bereid zijn samen te werken met de door het Internationaal Strafhof gezochte genocidair Bashir om de Soedanese grensbewaking op orde te krijgen. Dit doet afbreuk aan de Nederlandse reputatie wereldwijd. Het geeft het signaal af dat we selectief zijn in onze verontwaardiging. En dat leidt ertoe dat we een onbetrouwbare partner worden, en dat autoritaire leiders zien dat onze principes buigbaar en breekbaar zijn als onze kortetermijnbelangen gevaar dreigen te lopen. Consequent zijn betekent ook dat we niet moeten kiezen voor schijnstabiliteit boven individuele rechten. In de chaos van grote vluchtelingenstromen verlangen sommige partijen nostalgisch terug naar de 'stabiliteit' onder Ben Ali in Tunesië, Mubarak in Egypte en Kadhafi in Libië. Maar de belangrijkste les van de Arabische omwentelingen is nu juist dat die stabiliteit schone schijn was. Het ingestorte kaartenhuis laat zien wat de gevolgen zijn van decennialange dictaturen. Grote armoede, slecht onderwijs en hoge jeugdwerkloosheid, die uiteindelijk uitmondden in revolutie. Sommigen pleitten ervoor om weer deals te sluiten met zulke dictators.[4] Zij vinden de grote stroom migranten problematisch en denken dat deals met dictators een oplossing kunnen bieden. Maar de chaos en antipathie tegen het Westen die in bepaalde landen naar boven zijn gekomen, waren zeker niet kleiner geweest als het Westen nog dertig jaar lang actiever en met meer gewicht dictators had gesteund. Mensenrechten zijn niet onderhandelbaar. Mensenrechten vormen het fundament van de menselijke waardigheid. Mensenrechten zijn de kern van onze beschaving. Kwestie van keuzes Consequent zijn in de internationale arena betekent niet dat je altijd alles kan doen. Onze idealen zijn grenzeloos, de middelen helaas niet. Dit betekent allereerst dat we onze slagkracht in de wereld moeten vergroten via de Europese Unie. Wij kunnen blijven doen alsof we zelf belangentegenstellingen met landen als Rusland of China in ons voordeel kunnen beslechten. Of zelf internationale migratie kunnen sturen. Of in ons eentje voor gereguleerde internationale handel kunnen zorgen. Dat is onzin. Als we vraagstukken van klimaat, terrorisme, vluchtelingen, energie, veiligheid en handel willen oplossen, dan moet dat samen met Europa. Zeker na de verkiezing van Donald Trump als nieuwe president van de VS. Hij heeft helder aangegeven het niet zo nauw te nemen met de belangrijke bijstandsclausule van de NAVO die voorschrijft dat lidstaten elkaar te allen tijde beschermen als ze worden aangevallen. Daarmee lijkt de Amerikaanse veiligheidsparaplu boven Europa goeddeels ingeklapt. Dit bewijst eens te meer de absolute noodzaak van een effectieve Europese krijgsmacht, waarvoor D66 al jaren onverkort pleit. Diplomatie is immers alleen geloofwaardig wanneer die wordt geruggensteund door een robuust militair apparaat. Europa bracht ons duurzame vrede en veiligheid, groei en welvaart. De onderlinge relaties in Europa brengen verbondenheid, begrip en verdraagzaamheid en bieden daarmee een waarborg voor individuele vrijheid en vrede. In een wereld waar uitdagingen rondom veiligheid, energie, verduurzaming en vluchtelingenstromen grenzen overschrijden, is een slagvaardig Europa cruciaal. Juist voor Nederland. Geen land is voor zijn veiligheid, politieke gewicht in de wereld en economische welvaart zo afhankelijk van intensieve samenwerking met de landen om zich heen. Daarom moeten wij vooroplopen in het verbeteren van de Europese Unie. D66 is ervan overtuigd dat Europa veel beter kan. Veel beter moet. Veel beter verdient. Daarnaast betekent dit dat we nationaal keuzes moeten maken. We moeten mensen en middelen inzetten daar waar de Nederlandse meerwaarde het grootst is. Zo moet Nederland blijven bouwen aan onze wereldwijde reputatie van progressieve voorloper op terreinen als hiv/aidsbestrijding, vrouwenrechten en LHBT-rechten. De versnippering van de militaire inzet – Nederland neemt deel aan ongeveer twintig missies in het buitenland[5] – moet worden gestopt. De aandacht moet daarbij vooral uitgaan naar de regio rondom Europa. Ook in eigen land Anderen aanspreken kan alleen geloofwaardig zijn wanneer het eigen huis op orde is. We moeten daarom open zijn over de zwarte bladzijden uit onze eigen geschiedenis. Het past een volwassen en open democratie om eerlijk en transparant te zijn over het verleden en wat daarin is misgegaan. Om daarover verantwoording af te leggen. Om daarvan te leren. Want alleen dan kun je anderen geloofwaardig wijzen op hun verantwoordelijkheden. Daarom wil D66 al jaren dat er nieuw onderzoek wordt gedaan naar het Nederlandse geweld tijdens de onafhankelijkheidsoorlog in Indonesië. Ook op asielgebied heeft Nederland wat recht te zetten. Een rechtvaardig asielbeleid in Nederland en de EU is een voorwaarde voor een geloofwaardig buitenlandbeleid. Als wij landen in de regio vragen om 95 procent van de vluchtelingen op te vangen, moeten ook wij mensen verwelkomen die op de vlucht zijn voor oorlog, die gegronde vrees hebben vermoord of vervolgd te worden, die zoeken naar vrede en veiligheid. We moeten ons steentje bijdragen. In plaats daarvan besteedt dit kabinet het Nederlandse en Europese asielbeleid uit aan leiders met steeds meer dictatoriale trekjes.  

‘ Wij accepteren het niet wanneer de rechtsstaat om zeep wordt geholpen, mensenrechten worden geschonden of het internationaal recht aan de laars wordt gelapt’

  In eigen land zien we eenzelfde tendens: door vluchtelingen weg te zetten als gelukszoekers die voor borstvergrotingen naar ons land komen, zoals sommige partijen plegen te doen, maken we onszelf niet geloofwaardiger. Wees eerlijk en transparant over vluchtelingen. Zorg voor fatsoenlijke opvang voor mensen die daadwerkelijk een vluchtelingenstatus krijgen en zorg ervoor dat zij zo snel mogelijk kunnen meedoen in onze maatschappij. Diegenen die geen aanspraak maken op asiel, moeten zo snel mogelijk terugkeren naar hun land van herkomst. Alle retoriek daarbuiten vervuilt slechts het maatschappelijke debat. Daarbij geldt ook: geen enkele verantwoordelijkheid nemen voor het integratiebeleid, maar vervolgens wel klagen dat het mislukt is, is ook niet bevorderlijk voor onze geloofwaardigheid. Buitenlandbeleid mét waarden Het was de Nederlander Hugo de Groot die het zeerecht ontwierp om de vrije zeehandel mogelijk te maken. Het was Nederland dat in de 17e eeuw een vrijhaven was voor wereldberoemde denkers en schrijvers wier gedachtengoed in de rest van Europa verboden was, zoals Bayle, Locke en Descartes. Het waren die openheid en erkenning van rechten en vrijheden in de Gouden Eeuw die leidden tot een ongekende culturele én economische bloei. Vrijheid en het internationale recht waren voor Nederland nooit alleen maar abstracties en hadden niets te maken met een opgeheven vingertje. Ze waren simpelweg op lange termijn goed voor onze eigen belangen, in morele, politieke en economische zin. Deze opvatting van de rol van Nederland in de wereld staat haaks op de opvatting van hen die zich terugtrekken achter de dijken. Zij schreeuwen "grenzen dicht!", stoppen hun vingers in hun oren en knijpen hun ogen dicht. Weer anderen zijn van mening dat Nederland bescheidenheid en terughoudendheid past, onder het mom van ‘Realpolitik’. Zij menen dat het niet in ons belang, belerend, of wellicht zelfs brutaal is om op te komen voor onze eigen waarden. Zij menen dat we Trump het voordeel van de twijfel moeten geven. Dat is kortetermijnopportunisme, waarmee tijdelijke stabiliteit en schijnveiligheid wordt gekocht. Maar hiermee wordt juist de basis voor langetermijnstabiliteit uitgehold. Tegenover dit gestolde cynisme plaatst D66 een buitenlandbeleid mét een agenda van waarden. Wij accepteren het niet wanneer de rechtsstaat om zeep wordt geholpen, mensenrechten worden geschonden of het internationaal recht aan de laars wordt gelapt. Een sociaal-liberaal buitenlandbeleid erkent dat we onze belangen niet los kunnen zien van onze waarden en dat we deze consequent – in binnen- én buitenland – moeten verdedigen.   Sjoerd Sjoerdsma is Tweede Kamerlid voor D66. Stijn van Hooff is beleidsmedewerker bij de D66-fractie in de Tweede Kamer.   Noten [1] Freedom House, ‘Freedom in the World 2016. Anxious Dictators, Wavering Democracies: Global Freedom under pressure’. [2] John Locke, Second Treatise of Civil Government, 1690. [3] Cijfers via CBS, januari 2015. [4] Volkskrant, 28 maart 2015, ‘VVD wil meer samen optrekken met dictators’. [5] Ministerie van Defensie.