De macht van de media
Lees hier het pdf van dit artikel
Of burgers wel of geen vertrouwen hebben in politici wordt sterk beïnvloed door de media. Kranten, tv, maar ook de nieuwe media, kunnen politici maken of breken. Deze macht van de media is wellicht nergens zo in het oog springend als in Groot- Brittannië. De Britse journalist John Lloyd, auteur van onder meer What the media are doing to our politics, meent dat het politieke spel tussen autoriteiten, media en burgers de inhoud van de term ‘vertrouwen’ behoorlijk heeft veranderd.
Door John Lloyd
Met het vertrouwen in Britse politici is het slecht gesteld. Vooral sinds de declaratieschandalen in 2009 kijken pers en publiek met argwaan naar de politieke sector. Ironisch genoeg baseert dit publiek haar beeld op de informatie van Britse media waarin zij eveneens het vertrouwen heeft opgezegd. Sinds de afluister- en omkoopaffaires bij Britse tabloids aan het licht kwamen, zijn daarmee zowel het onderwerp als de primaire informatiebron binnen het politieke debat uit de gratie geraakt. Vertrouwen is een schaars goed geworden in Groot-Brittannië. Het is onderdeel geworden van een spel dat burgers, media, en autoriteiten spelen. In dit artikel betoog ik dat het begrip ‘vertrouwen’ daardoor op een andere manier gebruikt en ingevuld wordt dan algemeen gangbaar.
Vertrouwen = waarderen Eerste betekenis: vertrouwen betekent waarderen. Politici die een groot vertrouwen genieten, zijn gewoonlijk niet degenen die hoge functies bekleden en de werkelijke macht bezitten. Zij dienen immers moeilijke besluiten te nemen, en burgers waarderen dat zelden. In democratische samenlevingen vragen machtsposities om het maken van compromissen; om het vermogen van gedachten te kunnen veranderen; om terug te komen op beloftes die door veranderende omstandigheden niet meer te vervullen zijn. Mensen geven hun waardering echter aan leiders die hen vrolijk stemmen. Neem de voormalige Italiaanse premier Silvio Berlusconi. Hij scoorde voor het overgrote deel van zijn regeringsperiode zeer hoge cijfers op het gebied van vertrouwen. Hij vertelde vele leugens, en de economische problemen in Italië bleven grotendeels onopgelost. Bovendien is hij meer dan eens aangeklaagd voor misdrijven. Toch wist hij miljoenen mensen vrolijk te stemmen, wat hem hoge cijfers op het gebied van vertrouwen bezorgde. De rol van de media is hierbij van cruciaal belang. Tijdens zijn premierschap had Berlusconi het merendeel van de televisiekanalen onder zijn invloed. Dit was geen propaganda in de strikte zin van het woord; Italië is geen Noord-Korea. Maar niettemin spanden zij zich flink in om mensen genot te verschaffen. Op Berlusconi’s tv-zenders was er geen gebrek aan mooie vrouwen met schaarse kleding. Berlusconi was een bewonderaar van vrouwelijk schoon, en omdat hij dat niet onder stoelen of banken stak, won hij het vertrouwen van velen.
Of neem Vladimir Poetin. Hij begon een rampzalige tweede Tsjetsjeense oorlog die een immens verlies aan levens met zich meebracht, hij bracht veel van de Russische media onder zijn controle en sluisde in het belang van hemzelf en zijn collega’s miljoenen roebels door voor eigen gebruik. Toch kon hij echter op het vertrouwen rekenen van de meerderheid in Rusland. Zelfs nu scoort hij qua vertrouwen hoger dan veel westerse politici. De reden hiervoor is de waardering die hij oogstte voor sterk groeiende economie die Rusland onder zijn scepter doormaakte. Dat dit niet het gevolg was van zijn beleid, maar van de sterk stijgende – en nog steeds hoge – prijs voor olie en gas, Rusland’s grootste exportproducten, lijkt weinig uit te maken.
Vertrouwen = hoop en respect Tweede betekenis: vertrouwen betekent hoop en respect. In veel landen kunnen politieagenten en artsen rekenen op een zeer groot vertrouwen. Zelfs na nieuwsberichten over artsen die verkeerde diagnoses stellen en over politieagenten die corrupt of wreed zijn, blijft dit onveranderd. Vertrouwen heeft in deze gevallen twee betekenissen: ten eerste een respect voor personen die veeleisende functies vervullen. Ten tweede de hoop dat zij ons, de burgers, zullen genezen en beschermen.
Deze invulling van vertrouwen is veelvoorkomend. Voor een deel gaat het hierbij om vertrouwen in de traditionele betekenis van het woord: in rijke democratische landen mogen we er immers vanuit gaan dat politici niet corrupt zijn en artsen doelgericht te werk gaan. Burgers van landen waar de politie steekpenningen aanneemt, zijn minder snel geneigd te erkennen dat ze de politie vertrouwen. Het vertrouwen dat burgers in goed bestuurde landen in deze personen leggen, is een uitdrukking van een behoefte – om genezen te worden, en beschermd – en niet volledig gebaseerd op het weloverwogen oordeel dat dit ook goed zal gebeuren.
Gebrek aan vertrouwen = cynisme Derde betekenis: gebrek aan vertrouwen betekent cynisme. De gebruikelijke houding van media in democratische samenlevingen is er een van argwaan ten opzichte van autoriteit. Journalisten zijn in de veronderstelling dat hun voornaamste democratische verantwoordelijkheid bestaat uit het ter verantwoording roepen van machtsbekleders. Dat houdt in dat men sceptisch moet zijn tegenover beweerde stellingen, aangekondigde beleidsvoorstellen en verwachte successen. Soms, zoals vaak in de Britse media gebeurt, slaat dat gezonde scepticisme door in cynisme: de veronderstelling dat politici en andere publieke sleutelfiguren zich misdragen, of op zijn minst niet de publieke verantwoordelijkheden dragen die hen zijn toegekend. Na de ontdekking in 2009 dat Britse parlementsleden overbodige kosten gedeclareerd hadden en enkelen gelogen hadden over hun woonplaats (om voor extra vergoedingen in aanmerking te komen), werd er ook een vloedgolf aan gal gespuwd over die dames en heren die een veel bescheidenere onkostenvergoeding hadden ingediend. Burgers die de media lezen, horen en zien over politici, of de geruchten oppikken die over hen de ronde gaan, zijn geneigd de toon ervan te kopiëren. Niemand wil immers als naïef beschouwd worden. De beste manier om dat te voorkomen is een toon adopteren die ervan uitgaat dat personen in de publieke sfeer stuk voor stuk frauduleus, corrupt of incompetent zijn, dus waarom zou men dergelijke figuren vertrouwen?
Vertrouwen = onwetendheid Vierde betekenis: zowel vertrouwen als gebrek aan vertrouwen betekent onwetendheid. Wanneer men in een enquête voor krant of tijdschrift wordt gevraagd of men vertrouwen heeft in een bepaald beroep, heeft men meestal geen kennis waarover men uitspraken doet. In het onwaarschijnlijke geval dat iemand je vraagt naar jouw vertrouwen in loodgieters, waar zou je dan een reactie op moeten baseren? Zijn loodgieters in het algemeen betrouwbaar? Welke loodgieters? Bij welke taken? Zijn loodgieters in jouw regio, of stad, of land, per definitie betrouwbaar? Heeft het vak zich ontwikkeld tot een cultuur waar goed werk wordt verricht tegen eerlijke prijzen – of is het gevuld met mensen die zoveel mogelijk willen rekenen voor zo weinig mogelijk inspanning?
De meeste westerse samenlevingen hebben normen ontwikkeld die aangeven dat de consument kan vertrouwen op loodgieters – en andere personen. Als je goed oplet en de nodige tijd spendeert, zal je loodgieters vinden die hun vak verstaan en werken voor een prijs die misschien niet laag is, maar op zijn minst vooraf wordt aangekondigd. Maar slechts weinig mensen nemen die moeite. Als zij zich in een netwerk van huizenbezitters bevinden, kunnen zij een bekende vragen naar zijn mening over een goede loodgieter. Mensen leven echter steeds geïsoleerder, nemen een gok en hopen op het beste. Indien dat eindigt in teleurstelling, is de meest gangbare reactie dat ‘loodgieters hier niet te vertrouwen zijn’.
Vertrouwen = iemand kennen Laatste betekenis: vertrouwen betekent iets of iemand kennen. Het is een van de meest opvallende, maar bekende uitslagen in enquêtes over vertrouwen: een respondent die instemt met een stelling als ‘ik vertrouw politici niet‘, maar gelijktijdig verklaart dat hij de vertegenwoordiger van zijn regio in het parlement beschouwt als betrouwbaar, hardwerkend en integer. Met hetzelfde gemak beweren mensen dat de gezondheidszorg in crisis verkeert, maar hun lokale dokter of ziekenhuis alle lof verdient. Dit fenomeen wordt grotendeels veroorzaakt door media die graag aantonen dat de samenleving uiteenvalt. In redactieruimtes heerst de overtuiging – overigens niet ten onrechte – dat slecht nieuws goed verkoopt. Negatief nieuws betekent mensen overtuigen dat zij een bepaalde beroepsgroep of service niet kunnen vertrouwen. Over plaatsen of beroepen die mensen niet kennen, lijken zij geneigd onmiddellijk ieder slecht bericht te geloven, terwijl zij toegeeflijk – soms zelfs uitermate positief – zijn in hun oordeel over zaken die zij persoonlijk kennen, of denken te kennen.
Zijn de media te vertrouwen? In deze definities van vertrouwen heb ik nadruk gelegd op de rol van de media. Dit omdat media de voornaamste bron van informatie zijn over ontwikkelingen en individuen die we persoonlijk niet kennen. Zodoende nemen we hun woord vaak voor lief, zonder erover na te denken. In Groot-Brittannië is echter juist het vertrouwen in de media de laatste jaren een belangrijk thema geworden. Dit vanwege het schandaal bij News Of The World vorig jaar, waarbij verslaggevers de mobiele telefoons kraakten van beroemdheden, of van gewone burgers die voor even in het middelpunt van de belangstelling stonden. Het onderzoek dat plaatsvond onder leiding van Lord Justice Leveson, bracht vervolgens nog veel meer bewijzen boven van Tabloidimmoraliteit: omkoping, bedreiging, leugens en een meedogenloze fixatie op seksuele schandalen.
Zowel vanuit het publiek als de politiek volgde er een algemene schreeuw van afschuw. Niettemin verraden deze schandalen een ongemakkelijke waarheid. De dagbladen die de meeste wind van voren kregen, behoren tot de populairste van Groot-Brittannië, zelfs tot de populairste dagbladen van de wereld. De meest geliefde van alle, de Sunday News Of The World, dat deze status al 150 jaar lang dankte aan het onthullen van seksueel afwijkend en pervers gedrag, was volgens eigenaar Rupert Murdoch zo vergiftigd dat het werd opgeheven: terwijl er op dat moment 3.7 miljoen exemplaren per week van over de toonbank gingen!
De lezers van deze dagbladen – ervan uitgaande dat ze over deze zaken nadachten – moeten zich gerealiseerd hebben dat de wijze waarop die verhalen tot stand kwamen, op zijn minst dubieus moest zijn verlopen. Voor het schandaal was er voldoende bekend over de werkwijze van tabloidjournalisten om duidelijk te maken dat bedrog en omkoping op zeer brede schaal plaats moest vinden. Toch werden deze verhalen verslonden door miljoenen mensen, die ervoor kozen hun schroom te negeren (indien zij die al hadden) ten bate van het plezier dat zij haalden uit dergelijk leedvermaak en plaatsvervangende schaamte. De dagbladen die daarentegen probeerden voorzichtig te zijn in hun verslaggeving, misbruik aan het licht te brengen en machthebbers aansprakelijk te stellen, behaalden nog geen tien procent van de oplage die de gemiddelde tabloidgenoot. Mensen kopen en lezen bewust media die zij niet vertrouwen. Ook voordat de recente schandalen plaatsvonden, wezen peilingen er keer op keer op dat tabloiddagbladen lager scoorden op vertrouwen dan vrijwel iedere andere institutie in het land. Burgers baseerden hun visie op het leven in hun land op informatie uit media die zij niet vertrouwden: een grimmig commentaar op het gehele concept van vertrouwen.
Tot slot Vertrouwen is een complex begrip. Net zoals vriendschap, vergt het tijd, moeite en denkwerk om het te realiseren. De wijze waarop de term vertrouwen tegenwoordig wordt gehanteerd, lijkt op de betekenis die ‘vriend’ momenteel heeft op Facebook – iets vluchtigs en triviaals, wat net zo makkelijk tot stand komt als vergeten wordt. Daar hebben de media een belangrijke rol in gespeeld. Wanneer iemand beweert dat hij ‘vertrouwen’ heeft in iets of iemand, of diegene juist ‘niet vertrouwt’ , kun je het maar beter niet vertrouwen.
John Lloyd is een Britse journalist en schrijver. Hij is momenteel werkzaam bij de Financial Times. Hij schreef onder meer What the media are doing to our politics (2004).
Vertaling Mark Dyson
Heeft dit artikel uw interesse gewekt? Klik hier voor meer info en abonnementen.
--
Dit artikel verscheen in idee nr. 2 2012: Vertrouwen, tussen vrijheid en controle, en is te vinden bij de onderwerpen media en psychologie.