De civil society als waakhond van diversiteit

Lees hier het pdf van dit artikel. Een gezonde democratie biedt ruimte aan verschillende ideeën, waarden en belangen, en beschermt de minderheid tegen de tirannie van de meerderheid. Een democratie is hiermee per definitie complex. De neiging bestaat in de politiek, met name bij machtselites, om deze complexiteit te reduceren. De civil society heeft een belangrijke rol om de diversiteit van de samenleving te beschermen. Daarmee is het de hoeder van belangrijke Europese waarden als democratie, vrijheid en rechtvaardigheid. Door Ringo Ossewaarde Voor veel Nederlanders is de hedendaagse wereld complex en ongrijpbaar. Grenzen, van landen, van financiële markten, van taal, van het recht, lijken te vervagen; verworven rechten en zekerheden dreigen verloren te gaan en te worden vervangen door eigen verantwoordelijkheden en eigen risico’s. Zoals elders betoogd meen ik echter dat de Nederlandse samenleving niet meer complex of dynamisch is dan elders (Ossewaarde, 2013a). Ook is zij niet fundamenteel complexer dan de wereld van bijvoorbeeld een eeuw geleden. Die wereld werd net zo goed gekenmerkt door verandering, crises, kleinburgerlijkheid, verval, technologische revoluties en terreur. Wel is het zo dat wat men de ‘ontworteling van identiteiten’ zou kunnen noemen tegenwoor­dig is geradicaliseerd. De intellectuele en morele wortels, en de gedeelde Europese waarden, waar­uit burgers hun identiteit kunnen vormen, drei­gen te worden weggevaagd in de storm der verandering. De bronnen waaruit deze waarden voortkomen zoals het rooms-katholicisme, de renaissance het humanisme en calvinisme zijn steeds verder uit beeld zijn geraakt. In dit artikel betoog ik dat het maatschappelijk middenveld van groot belang is voor de herontdekking van deze gedeelde waarden. Maatschappelijk middenveld Ik definieer het maatschappelijk middenveld als de publieke ruimte waar mensen samen komen in organisaties, bewegingen en verbanden. Een belangrijke taak van het maatschappelijk mid­denveld is om te strijden voor de vrijheid om ver­schillende, en gedeelde, waarden te ontwikkelen. Daar komt in een democratische samenleving bij dat het middenveld zich dient te verzetten tegen die machten en krachten die deze vrije ruimte proberen te beperken. De kern van het maat­schappelijk middenveld is daarmee kritiek op, verzet tegen, en bevrijding van deze machten. Protestbewegingen zijn hierbij cruciaal: groe­pen die de concentratie van macht problematiseren. Neem bijvoorbeeld de New Left beweging – een verzamelnaam voor groepen en individuen die zich vanaf de jaren zestig van de vorige eeuw afscheidden van de gevestigde linkse en sociaal-democratische politieke partijen. Deze beweging werd onder andere geïnitieerd door de Amerkaan­se socioloog C. Wright Mills. Dichter bij huis vindt ook D66 haar oorsprong in deze vernieuwingsbeweging. Complexiteit en macht Hoe ziet dit protest tegen concentratie van macht en machtsmisbruik eruit? De essentie is het waar­borgen van de complexiteit van de samenleving. C. Wright Mills beargumenteerde dat de ‘machtselite’, diegenen die de topposities in een samen­leving innemen, de complexiteit van de werkelijkheid vaak reduceert, zodat deze beheersbaar wordt. Machthebbers hebben er belang bij een situatie te definiëren in termen van paradigma’s, modellen, methodes die een orde bekrachtigen en gesloten houden. Het maatschappelijk mid­denveld kan en moet deze ‘voorgegeven orde’ in twijfel trekken. Om met Foucault te spreken, betekent dit het onttrekken aan discursieve heer­schappij. Vrijheid, of bevrijding, impliceert dat de complexiteit van de samenleving, bovenal de tegenstrijdigheid van verschillende perspectieven, wordt omarmd. Deze omarming van alternatieve perspectieven staat of valt bij reflexiviteit. Reflexiviteit betekent dat ieder perspectief op de werkelijkheid – een paradigma – kritisch wordt bekeken in het licht van Europese waarden zoals vrijheid, democratie en rechtvaardigheid. Een heersend paradigma is nimmer machtsvrij of ‘neutraal’ (Ossewaarde, 2013a). Veronderstellingen, voorkeuren, belan­gen, inzichten, methoden, procedures, technie­ken en legitimeringen moeten worden geduid in het licht van de specifieke wereld van belangen waarin de makers van het paradigma opereren. Deze reflexiviteit is de taak van het maatschappelijk middenveld. Kritiek op ideologie De reflexiviteit van het maatschappelijk midden­veld komt in de eerste plaats tot uitdrukking in de kritiek op ideologie (Ossewaarde, 2013b). Een ideologie reduceert de complexiteit van de werkelijkheid en biedt voorgegeven, gestandaar­diseerde en gesloten antwoorden. Zij vestigt een dominant paradigma waarmee de wereld inzich­telijk en beheersbaar wordt, zodat de wereld valt te organiseren, in overeenstemming met het do­minante paradigma. C. Wright Mills leverde een radicale kritiek op de dominante ideologieën van zijn tijd: het socialisme en het liberalisme. Aan de ene kant bestreed hij het socialistische paradigma van de strijd der klassen. Aan de andere kant be­streed hij het liberale paradigma van individuele autonomie en emancipatie. In zijn ogen was het liberalisme de ideologie van de verzorgingsstaat. Dit bureaucratisch machtscomplex fungeerde bovenal om het liberale paradigma te bekrachtigen en alternatieve paradigma’s op een zijspoor te zetten. Hiermee waren dan met name de belangen van de machtselite gewaarborgd, die haar topposities vooral in publieke bureaucratieën vond. In de afgelopen vier decennia is het neoliberale paradigma van marktvorming, consumentisme en eigen risico dominant geweest. Het neolibera­lisme is de ideologie van de meer recente macht­selite, die topposities in diverse sectoren bekleedt. Het maatschappelijk middenveld is nauwelijks bij machte geweest zich tegen het neoliberalisme te verzetten. De media, oorspron­kelijk een democratische waakhond, zijn verwor­den tot een commercieel mediabedrijf, losgezongen van democratische waarden. De universiteit, oorspronkelijk een academische gemeenschap, is verworden tot een kennisbedrijf, los van academische waarden. Politieke partijen van rechts naar links hebben dit gestimuleerd. Het maatschappelijk middenveld komt hiermee niet meer tot de ontwikkeling van gedeelde waar­den die noodzakelijk zijn voor een florerende de­mocratische samenleving. Technologische orde De reflexiviteit van het maatschappelijk middenveld komt in de tweede plaats tot uitdrukking in de kritiek op de technologische orde. Dat wil zeggen, het maatschappelijk middenveld verliest haar vitaliteit door wat de veelgeprezen Franse socioloog Jacques Ellul ‘de dominantie van technologie’ noemde. Hiervan is sprake als het maatschappelijk middenveld niet in staat is om vanuit haar gedeelde waarden richting en oriëntatie te geven aan het technologisch proces. Het middenveld is dan niet langer de meester maar de slaaf van de technologie. Identiteiten worden niet gevormd op basis van (gedeelde) waarden, maar weerspiegelen een geesteloze technologische orde. In deze technologische orde is er geen plaats voor reflexiviteit. Het maatschappelijk midden­veld is nauwelijks bij machte geweest zich tegen de technologische dominantie te verzetten, en wordt zelf gedomineerd door technische procedures. Zowel de media als de academie zijn getechnologiseerd. Zij zijn verworden tot een subject van de technologische orde. Technologie is haar uitingsvorm, losgezongen van Europese waarden. Waarderelevante kritiek Ideologie en technologie zijn instrumenten waar­mee de complexe werkelijkheid wordt vereenvou­digd. Ze ‘sluiten’ een systeem en genereren geen nieuwe ideeën of kritiek. Hoe dominanter de rol van ideologie en technologie, hoe kleiner de vrije ruimte voor het maatschappelijk middenveld om over gedeelde Europese waarden te discussiëren. Als gevolg hiervan is het lastiger voor burgers om een betekenisvolle eigen identiteit te vormen. Dit vraagt immers om waardenrelevante kritiek op de neoliberale dominantie, omdat deze ideologie per definitie alle identiteiten plaatst binnen de proce­durele en ondemocratische wereld van markt en bureaucratie. En het vraagt om waardenrelevante kritiek op de technologische orde omdat in deze orde identiteiten afhankelijk worden gemaakt van technologie. Het is het maatschappelijk middenveld dat dient te strijden om dit reflexieve vormings­proces mogelijk te maken.   Ringo Ossewaarde is als universitair hoofddocent sociologie verbonden aan de Faculteit Management en Bestuur van de Universiteit Twente.   Literatuur
  • Ossewaarde, M. (2013a). Theorizing European Societies. London: Palgrave Macmillan (te verschijnen).
  • Ossewaarde, M. (2013b). ‘The Crowd in the Occupy Movement’, Distinktion: Scandinavian Journal of Social Theory 14 (1).
  Heeft dit artikel uw interesse gewekt? Klik hier voor meer info en abonnementen. – – Dit artikel verscheen in idee nr. 1 2013: De complexe samenleving, en is te vinden bij het onderwerp sociaal-liberalisme.