Boekrecensie – De hongerige stad

Lees hier het pdf van dit artikel. Iedereen moet eten. Ook mensen in de stad. Deze relatie is zo alledaags dat we er nauwelijks bij stilstaan. En toch zou dat wel moeten, vindt de Londense architect Carolyn Steel. Haar boek Hungry City (2008) laat zien dat voedsel bepaalt hoe wij bouwen, wonen en leven. Onlangs verscheen een Nederlandse vertaling.  Door Floor Meijer In De hongerige stad verbindt Carolyn Steel haar twee grootste passies: ‘voedsel’ en ‘architectuur’. Die combinatie klinkt misschien vergezocht, maar blijkt al snel uiterst krachtig. Steel maakt aannemelijk dat onze wereld altijd al is vormgegeven door voedsel. We hoeven maar naar steden te kijken om het tastbare bewijs te zien. Van oudsher wordt hun omvang en stratenplan direct beïnvloed door de beschikbaarheid van voedsel. Sterker nog, steden konden slechts bestaan bij de gratie van hun vermogen om de eigen inwoners te voeden. En die vaardigheid vereiste van meet af aan een ijzeren greep op het voedselproducerende achterland. Aan het begin van de 21ste eeuw is aan deze praktijk weinig veranderd. Alleen de schaal waarop de stedelijke honger de rest van de aarde beïnvloedt, is oneindig veel groter. Nu de halve wereldbevolking stadsbewoner is en het achterland zich over de hele wereld uitstrekt, hebben steden een grotere ecologische voetafdruk dan ooit. Ze slurpen voedselkilometers en hun voortdurende vraag naar grote hoeveelheden goedkoop voedsel heeft een industrieel voedselsysteem gecreëerd dat berust op monocultuur en bio-industrie. De snel toenemende verstedelijking zal de druk op hulpbronnen alleen maar verder opvoeren. Volgens Steel ontstaat hiermee een onhoudbare situatie. Om te voorkomen dat onze planeet volledig uitgeput raakt, zullen we een nieuw, duurzaam stedenbouwkundig model moeten bedenken. En in dat model zullen we onze omgang met voedsel radicaal moeten herzien. Waar is het precies mis gegaan tussen de stedelingen en hun voedsel? Steels analyse is simpel: door de massale verstedelijking en industrialisering zijn stadsmensen vervreemd geraakt van de natuur, van het land en dus van hun eten. Omdat het productieproces van voedsel zich volledig buiten ons blikveld afspeelt, zijn we ons niet meer bewust van wat we eigenlijk eten. We stoppen onze supermarktkarretjes vol producten waarvan we ons niet meer afvragen waar, door wie en onder welke omstandigheden ze zijn geproduceerd. Dit maakt ons tot speelbal in de handen van de voedselindustrie, een handjevol door commercie gedreven multinationals wier activiteiten zich langs de gehele voedselketen – van gen tot supermarktschap - afspelen. Het spectrum van onderwerpen dat Steels boek beslaat is uiterst breed. Klimaatverandering, verlies van biodiversiteit, peak oil, kapitalisme, wereldhandel, obesitas, ondervoeding, dierenleed; voedsel blijkt al deze mondiale troebelen op een complexe manier met elkaar te verbinden. Ook Steel zelf toont zich in haar inleiding verbaasd door de reikwijdte van haar onderwerp. Zij zag voedsel tijdens haar jarenlange onderzoek uitgroeien tot hot topic en kon naar eigen zeggen geen radio of televisie aanzetten zonder weer een aantekening te moeten maken. Het resultaat laat zich lezen als verslag van een persoonlijke ontdekkingstocht kriskras door Groot-Brittannië. Steel neemt de lezer mee naar een appelfestival in het graafschap Kent, naar een voedseldistributiecentrum in Crick, naar Borough Market in Londen en naar de keuken van het Savoy hotel. Haar verhaal bouwt ze om deze persoonlijke belevenissen heen. In zeven hoofdstukken volgt ze letterlijk de weg die ons voedsel aflegt, van het platteland naar regionale distributiecentra, via de stedelijke markten en supermarkten naar onze keukens en tafels en van afvalbak en riool naar vuilverbrandingsovens en waterzuiveringsinstallaties. Hierbij besteedt ze veel aandacht aan de vraag ‘hoe het zo gekomen is’. Een groot deel van haar relaas beschrijft de historische relatie tussen stad en voedsel. Dankzij Steels persoonlijke, toegankelijke en interdisciplinaire benadering heeft De hongerige stad de potentie om een groot publiek aan het denken te zetten over een uiterst relevant en actueel thema. ‘Wie dit boek leest, stopt nooit meer iets gedachteloos in zijn mond’, vermeldt de uitgever op de kaft. Dat zou uiteraard een mooie verdienste zijn. De kracht van Steels werk zit hem vooral in het geheel van de compositie die zij als een vernuftig architect opbouwt. Het bouwwerk zelf is nieuw, de individuele bouwstenen zijn dat niet. Vaak gaat het om bekende casussen die door het tempo van Steels proza wat ongenuanceerd en anekdotisch overkomen. Opvallend is ook haar luchtige toonzetting, een stijl die in de slordige Nederlandse vertaling niet goed uit de verf komt. Bijna onvermijdelijk is dat de lezer na 300 pagina’s vol huiveringwekkende misstanden met een hopeloos gevoel achterblijft. Is er wel een uitweg uit de bestaande situatie? Ook Steel lijkt daaraan te twijfelen. In haar afsluitende hoofdstuk komt ze met ‘kleine antwoorden’ - en zelfs die hebben een utopische klank. We moeten voedsel weer een centralere plek toebedelen, zegt ze. In onze eigen levens, maar ook in de wijze waarop we de steden van de toekomst gaan inrichten. In de beoogde food revolution zullen overheden volgens Steel niet het voortouw nemen. Die hebben zichzelf lang geleden buiten spel gezet door de verantwoordelijkheid voor de voedselvoorziening over te dragen aan de levensmiddelenindustrie. Nee, verandering zal moeten komen van de consumenten. Maar is dat realistisch? Doen mensen die gewend zijn geraakt aan prijzen waarin de werkelijke kosten niet verdisconteerd zijn nog vrijwillig afstand van goedkoop voedsel? Trekken ze van supermarkt naar boerenmarkt? Stappen ze over op biologisch? Leggen ze een moestuin aan en gaan ze weer from scratch koken? In de stimulering van dit hoogst wenselijke gedrag zal de overheid toch op zijn minst een rol moeten spelen. De introductie van een kiloknallertax lijkt me een aardig begin.   Floor Meijer is historicus en blogt op www.hungryhistorian.wordpress.com over de geschiedenis van eten en eetcultuur.   Heeft dit artikel uw interesse gewekt? Klik hier voor meer info en abonnementen. -- Dit artikel verscheen in idee nr. 5 2011: De politiek van het eten en is te vinden bij de onderwerpen literatuur en welvaart