Tilburg: het optimistisch alternatief!

Vandaag zullen we tijdens de behandeling van deze perspectiefnota vanuit verschillende perspectieven lichte, of soms forse kritiek horen. Maar laat ik meteen helder zijn wat volgens D66 de algemene beschouwing zou moeten zijn. Dat is er eentje waarin we trots kunnen zijn. Omdat we koersvast zijn in woelige tijden, we ons niet af laten leiden van onze lange termijn doelen én omdat we financieel al jarenlang een goed doordacht beleid voeren.
In de inleiding van de perspectiefnota wordt – terecht – gesteld dat de geopolitieke situatie onzeker is. Dit klinkt soms als ver weg, maar de realiteit is dat we de internationale crises en oorlogen rechtstreeks voelen binnen onze gemeentegrenzen.
Helaas gaat het nog verder dan dat. Ook landelijk zitten we in een hoogst onzekere politieke situatie, waarbij onze economie en ons klimaat onder druk staan en plannen gebouwd worden op financieel drijfzand.
Hoewel de opschalingskorting van de baan is en extra geld beschikbaar komt voor WMO-zorgkosten, maken we ons flink zorgen over de mate waarop het Rijk ons daadwerkelijk structureel gaat helpen bij de uitdagingen van nu en de toekomst.
Inmiddels weten we namelijk dat de zon op het vlak van onder meer onderwijs of cultuur, van menswaardige opvang van vluchtelingen, zéker niet gaat schijnen in Nederland.
Graag hoor ik hoe het college zich gaat verhouden tot deze nieuwe politieke realiteit, waarbij de ambities van onze gemeente voor al haar inwoners op diverse fronten lijkt te botsen met de onverstandige koers van onze nieuwe regering.
Gelukkig laat Tilburg, met deze perspectiefnota opnieuw zien dat wij het optimistische alternatief in Nederland zijn! De daadkracht die onze inwoners nodig hebben, wordt in lijn met ons bestuursakkoord ook de komende jaren doorgezet. We hebben ‘op zijn Tilburgs’ het lef om te blijven investeren in plaats van te bezuinigen.

Voor ons ligt een logisch vervolg op een jarenlang gezond en doordacht financieel beleid. Waarbij we door slim investeren ook niet in de financiële problemen komen.
We kiezen ervoor om het voorzieningenniveau hoog te houden en accepteren daarvoor een lichte stijging van onze woonlasten. Als D66 staan wij vol achter deze keuze, waarbij we ook constateren dat we in vergelijking met andere steden zelfs nog voor een gematigde lijn kiezen.
We snappen ook de voorgelegde keuzes, om met de blik op gezonde financiën anders te kijken en anders te werken. We kiezen met deze perspectiefnota ervoor een helder signaal te geven aan het Rijk in de lopende discussie om de taken en middelen in balans te brengen op de middellange termijn. De komende paar jaar houden we echter koers door hetzelfde beleid efficiënter in te richten.
Wel zijn er een aantal zaken waar we als D66 aandacht voor vragen.
We roepen het college op om goed na te denken, of kostprijsdekkend werken wenselijk is in alle sectoren. Zeker nu het rijk onbegrijpelijke btw-verhogingen heeft aangekondigd voor bepaalde sectoren kan de invoering van een dergelijke maatregel net even te veel zijn.
Om die reden zal D66 ten aanzien van evenementen ook komen met een motie op dit onderwerp.
Ook willen we niet dat het ontdubbelen ertoe zal leiden dat cruciale brugfuncties te veel worden samengevoegd. Zeker waar dit het verstevigen van de sociale basis in de wijken betreft. Hoe gaat het college voorkomen dat ontdubbelen leidt tot het beperken van de noodzakelijke speelruimte voor professionals, of een verminderde slagkracht en herkenbare gezichten in de wijken?

D66 is deze bestuursperiode ingegaan met het verkiezingsprogramma ‘Durf te dromen’. We zijn op de helft en zien dat onze dromen gerealiseerd worden, door maatwerk en uitvoering voorop te stellen. Met die uitvoering in het achterhoofd hoop ik dat zowel het college als de raad durft te kiezen om niet alle ambities die vandaag en donderdag op ons worden afgevuurd te omarmen. Wat D66 betreft blijven we het optimistisch alternatief en zien we uit naar een programmabegroting waar een stabiele koers voorwaarts ten volle is verwerkt.