Kaders zetten voor het openbaar vervoer

De Guiding Principles on Business and Human Rights van de Verenigde Naties zijn het internationaal kader om mensenrechten te beschermen en te respecteren in bedrijfsvoering. D66 Noord-Holland vindt het een goed idee dat de provincie deze richtlijnen opneemt in de uitgangspunten van deze en andere OV-concessies. “Aanbieders van openbaar vervoer hebben te maken met complexe (internationale) bedrijfsvoeringsketens en financiële stromen waar schendingen van mensenrechten aanwezig zijn. Het opnemen van de Guiding Principles in het programma van eisen voor een OV-concessie kan bijdragen aan een transparante en eerlijke keten, waarin mensenrechten worden gewaarborgd,” aldus Kanik. Hierop reageerde het college positief, maar wees er op dat dit via het provinciaal inkoopbeleid moet lopen (en dan ook geldt voor alle inkooptrajecten van de provincie). Dat beleid komt binnenkort weer op de agenda van Provinciale Staten en dan zal D66 dit weer agenderen. 

D66 vindt deelmobiliteit belangrijk omdat het zorgt voor meer mogelijkheden voor het begin en eind van de reis en dat daarbij duurzame keuzes beschikbaar komen. Voor deelmobiliteit had de fractie 2 moties in voorbereiding om het onderdeel te laten zijn van de concessie, maar na het ambtelijk advies zag de fractie daar vanaf, omdat zij stelden dat dan de kwaliteit van het OV achteruit zou gaan. Het geld zou dan over deelvervoer en bussen verdeeld moeten worden. Kanik sprak zijn zorg uit of de OV-concessie goed gaat aansluiten op het deelvervoer dat aangeboden wordt of gaat worden in het concessiegebied als het niet onderdeel van de uitgangspunten wordt. De gedeputeerde zegde toe dat deelmobiliteit onderdeel kan zijn van de concessie als het als een extra wordt aangeboden door een concessienemer. Daarmee vond D66 dat op dit moment het maximale is bereikt en de fractie zal het in de toekomst in de gaten houden.