Hoofdstuk 3. Een groen Heerlen

De grootste uitdaging van deze tijd is klimaatverandering en bij het tegengaan ervan is haast geboden. De temperatuur loopt verder op en in veel steden is er steeds meer wateroverlast door extreme weersomstandigheden. Droogte maakt ook de landbouw en natuur kwetsbaarder. D66 ziet het als onze plicht aan toekomstige generaties dat we hier iets mee doen.
Het is voor een duurzame toekomst noodzakelijk dat we andere keuzes maken: de energietransitie, beter geïsoleerde huizen, andere vervoersmiddelen (fiets, meer ov en meer elektrisch), grondstoffen hergebruiken, repareren en recyclen, afvalscheiding meer natuur in de stad en beter watermanagement. D66 streeft naar een duurzame en circulaire samenleving waarbij in de toekomst geen plek meer is voor afval.

3.1 Duurzaamheid en schone energie

Voor D66 gaan groen en groei hand in hand. Duurzame ontwikkelingen zorgen voor innovatie en banen. De komende jaren blijft Heerlen investeren in duurzaamheid. Dat doen we door te zorgen voor voldoende investeringen, ruimte en talent. Energiearmoede is daarbij onacceptabel. Daarom moet er samen met inwoners, woningcorporaties en andere instanties worden samengewerkt om de verduurzaming voor iedereen te laten lonen.

  • In aansluiting op het Nationaal Isolatieprogramma isoleren we koop- en huurwoningen, ook in samenwerking met woningcorporaties.
  • We willen meer ruimte voor de fiets en voetganger in de stad. Vooral in de binnenstad moet de focus op duurzame bereikbaarheid liggen.
  • Onze gemeente moet zo snel mogelijk energieneutraal worden. Daarom gaan we samen met inwoners verder op zoek naar mogelijkheden voor grootschalige opwekking van duurzame energie en we ondersteunen initiatiefnemers bij de realisatie hiervan. Waar mogelijk werken we samen met buurgemeenten en de provincie om gemeentegrensoverschrijdende ontwikkelingen mogelijk te maken.
  • De gemeente heeft een voorbeeldfunctie; er moet volop ingezet worden op de verduurzaming van het gemeentelijke vastgoed.
  • We ondersteunen initiatieven van bewoners gericht op duurzaamheid, zoals zonne- en windcoöperaties. Deze ondersteuning bestaat hoofdzakelijk uit het vormen en versterken van netwerken gericht op kennisuitwisseling met andere duurzame initiatiefnemers maar kan ook bestaan uit een passende bijdrage. Omwonenden kunnen daardoor meeprofiteren van verduurzamingen.
  • Samen met bewoners werken wij de plannen uit voor de energietransitie.
  • We gaan prestatieafspraken met woningcorporaties maken om alle geschikte daken van corporatiewoningen vol te leggen met zonnepanelen en werken samen met de Wonen Zuid, Wonen Limburg, Weller Wonen, De Voorzorg en Woonpunt met als doel om de financiële armslag van de woningstichtingen ten goede te laten komen van hun huurders. Om te beginnen met het naar beneden brengen van de energierekening door te investeren in energiebesparingen.
  • We zetten in op intensief ruimtegebruik, waarbij bijvoorbeeld zonnepanelen uitsluitend op huizen en gebouwen worden geplaatst en niet in weilanden.
  • We betrekken burgers, bedrijven en onderwijsinstellingen bij de energietransitie door ze proactief helderheid te bieden en ruimte te geven om te experimenteren met nieuwe energievormen. Dit zorgt voor ondernemerschap, werkgelegenheid en rendement.
  • Voor (sport)verenigingen kijken we naar innovatieve oplossingen.
  • Er moeten meer elektrische oplaadpunten in de hele stad, ook in alle wijken, komen.
  • We stimuleren en faciliteren deelgebruik van vervoermiddelen met het waarborgen van de toegankelijkheid van de openbare ruimte en leefbaarheid in de stad.
  • Maken we de straatverlichting duurzamer door Ledverlichting te gebruiken en waar mogelijk straatverlichting te dimmen of uit te schakelen als er geen verkeer of voetgangers zijn door middel van bewegingssensoren.
  • Vanaf 2025 wordt bezorging in de bebouwde kom alleen nog door voertuigen die geen fossiele brandstoffen uitstoten gedaan.

3.2 Groene openbare ruimte

  • Er moet een nieuwe stedelijke visie voor meer groen in de stad komen, in het centrum en de wijken.
  • We zetten in op groene buurtinitiatieven voor zelfbeheer van groen door buurtbewoners. Dat kan door kleine stukken grond te verkopen aan aanliggende particulieren.
  • Waar zelfbeheer niet mogelijk is, zijn we voor meer budget voor groenonderhoud.
  • De gemeente besteedt de groenvoorziening niet standaard aan, maar laat dit bij voorkeur verrichten door Heerlenaren met een afstand tot de arbeidsmarkt.
  • We willen stenen wijken groener maken. Groen in de wijk zorgt ervoor dat mensen meer bewegen en bovendien stimuleert groen dat mensen elkaar ontmoeten. Andersom kan het in stenen wijken in de zomer erg warm worden en regenwater kan dan minder goed afgevoerd worden.
  • We stimuleren de aanleg van groene daken in samenwerking met het Waterschap. Groene daken houden meer water vast en kunnen daarmee wateroverlast bij felle regenbuien helpen voorkomen. Bij de aanleg van groene daken wordt ook altijd gekeken naar de combinatie met aanleg van zonnepanelen.
  • Ook het afkoppelen van regenpijpen stimuleren wij.
  • Om de openbare ruimte schoon en toegankelijk te houden worden afvalbakken geplaatst en frequent geleegd. Overhangend groen, dat de openbare weg of trottoirs hindert wordt verwijderd.
  • De biodiversiteit staat onder druk. We zetten in op bloemrijke bermen, diversiteit in de groenvoorzieningen en beplanting van de gemeente en verre blijven van chemische onkruidbestrijding. Waar mogelijk is er extensief beheer.
  • We zetten in op het verbinden van ecologische gebieden op straat, wijk en stedelijk en regionaal niveau zodat het leefgebied van ook vogels en bijen wordt versterkt.

3.3 Van afval naar grondstoffen

D66 streeft naar een duurzame samenleving waarbij in de toekomst geen plek meer is voor afval. Een ‘afvalvrije’ gemeente is er niet van vandaag op morgen. ‘Afvalvrij’ als zodanig bestaat nog niet. We zijn van mening dat er een realistische ambitie uitgesproken moet worden.

  • D66 wil het restafval verlagen naar 80 kilogram restafval per inwoner uiterlijk in 2025.
  • De focus ligt op het terugdringen van de grote hoeveelheid GFT die nu in de restafvalcontainer terechtkomt.
  • We stimuleren scholen en bedrijven om afvalbakken te plaatsen waarin afval gescheiden wordt.
  • Meer hergebruik van ingezamelde afvalstromen. Dit in samenwerking met andere Limburgse gemeenten in het ontwikkelen van grondstoffenbeheer/-management. De eerste aanzetten zijn door RD4 en RD Maasland (Midden-Limburg) gemaakt.
  • We ondersteunen scholen bij de uitbreiding van informatievoorziening/educatie over afval.
  • Samen met RD4 en met de inwoners van Heerlen wil D66 minder duur restafval produceren en méér grondstoffen waar in de markt behoefte aan is. Meer service voor mensen die hun afval zo aanbieden, dat het goedkoop kan worden afgezet. Het moet makkelijker worden om “schone” plasticverpakkingen, metaal en drankverpakking aan te bieden, want dat is goedkoop en het is een stimulans aan de industrie om het materiaal beter te benutten.
  • De campagnes tegen zwerfvuil, om onze stad schoon te houden, ondersteunen we en faciliteert de gemeente indien mogelijk.