Inzet Raad Debatteert 8 september 2025

Erik Vissers behandelde dit agendapunt en stelde het volgende: In 2024 heeft de raad de Mobiliteitsvisie vastgesteld, met een duidelijke keuze: voor veilig lopen en fietsen. Het is daarom teleurstellend dat het Mobiliteitsplan dat nu voorligt nog te weinig concreet is. Gelukkig geeft het uitvoeringsprogramma wel de duidelijkheid over wat er echt gedaan wordt.

Daarnaast willen we aandacht voor zwaar verkeer. Inspreker dhr. Boot wees op de problemen in de Statenlaan. Dat vraagt om oplossingen, bijvoorbeeld door het inrichten van transveriums aan de rand van de stad, zodat vrachtwagens niet onnodig door woonwijken rijden. Een alternatief bieden dient voor een eventueel verbod te gaan.

Ook de toegankelijkheid verdient meer aandacht. In shared spaces moeten er duidelijke blindegeleide-trajecten komen, zodat ook inwoners met een beperking veilig zelfstandig door ons centrum kunnen bewegen.

Dan het uitvoeringsprogramma. Hierop hebben we nog de volgende opmerkingen.
– Zwaar verkeer: bewoners ervaren nú al druk van vrachtverkeer, zoals dhr. Boot aangaf. Het uitvoeringsprogramma schuift maatregelen echter door tot de randwegen er liggen. Dat is te laat.
– Stadslogistiek: er komt alleen een onderzoek. Maar we hebben nú transveriums en overslagpunten nodig om zwaar verkeer uit woonstraten te weren.
– Inclusieve toegankelijkheid: er is aandacht voor toegankelijkheid in algemene zin, maar geen duidelijke borging van blindegeleide-trajecten in shared spaces. Maak duidelijke routes met herkenbare punten om naar het centrum, station en Nobelaer te lopen. Deze routes zijn nu onvoldoende uitgerust met heldere looproutes voor slechtzienden. Laat onze inwoners weten waar de speciale gids en geleidelijnen voor zijn zodat ze niet geblokkeerd worden door fietsers.
– Randweg-discussie: het programma zet zwaar in op de oostelijke randweg met tunnel. Of deze er ook daadwerkelijk komen is nog onzeker. Wij vragen het college om alternatieve scenario’s uit te werken, zodat de raad bewuste keuzes kan maken.
– Participatie: bewoners zoals ir. De Regt en dhr. Van den Berg hebben veel input geleverd. Het is nog onvoldoende zichtbaar hoe dat terugkomt in de verdere uitwerking.

Voorzitter, wij steunen de richting, maar vinden dat deze punten sterker moeten worden opgepakt. Want een uitvoeringsprogramma dat knelpunten doorschuift of participatie niet zichtbaar verwerkt, mist draagvlak.

Ook dit agendapunt nam Erik voor zijn rekening. Lees hier zijn inzet: We zien allemaal dat de kosten voor Jeugdzorg en Wmo blijven stijgen. Natuurlijk moeten we daar grip op krijgen. Maar voor D66 gaat dit debat niet alleen over geld, maar vooral over de vraag: hoe zorgen we dat we méér inwoners goed en op tijd kunnen helpen, met de middelen en mensen die we hebben?

Daarbij gaat het om drie uitdagingen tegelijk:
– financiën,
– beschikbaarheid van personeel,
– en de groeiende vraag naar ondersteuning.

We hebben vanavond waardevolle signalen meegekregen.
Mevrouw Mabelis van Surplus benadrukte: investeer in de sociale basis – preventie, jongerenwerk, samenwerking in de wijk.
Mevrouw De Groot liet zien hoe belangrijk het is om zorg en onderwijs te verbinden. Problemen worden vaak eerst zichtbaar in de klas. Als we daar vroeg bij zijn, voorkomen we dure zorg later.

Voorzitter, we zien in het raadsvoorstel dat er al stappen worden gezet: er wordt gewerkt aan preventie, er is aandacht voor de sociale basis, er zijn maatregelen om zorg en onderwijs beter te verbinden, en er wordt slimmer nagedacht over inzet van personeel. Dat waarderen wij.

Een aandachtpunt is, doelen zijn vaak niet meetbaar, monitoring en bijsturing ontbreken, en afhankelijkheid bij bepaalde voorzieningen (met name HO) groeit.

Wij vragen daarom,  versterk de meetbaarheid en evaluatie, stimuleer eigen regie bij jongere HO-cliënten, en investeer blijvend in preventieve basisvoorzieningen. Zo borgt Etten-Leur gelijke kansen, eigen regie en houdbare financiën

De hoofdlijn van de maatregelen zijn vooral financieel gestuurd: kostenbeheersing als vertrekpunt. Wat ons betreft moet de vraag centraal staan: hoe organiseren we de zorg zo dat mensen tijdig geholpen worden, met de mensen en middelen die er zijn? Dáár moet het onderzoek de antwoorden geven.

Voor D66 geldt: alleen zo bereiken we echte kostenbeheersing – door te investeren in preventie, door slimmer samenwerken, en door de menselijke maat leidend te maken.

Bij dit agendapunt vroeg Carola Groenen extra aandacht voor het participatieproces. Inwoners waren in dit geval niet tijdig geïnformeerd van de ontwikkelingen en de startnotitie biedt weinig ruimte voor inspraak. Dit moet beter.

D66 heeft daarnaast enkele aanvullingen op de participatie aanpak. Momenteel zitten er meerdere functies in dit gebouw, zoals een psychologenpraktijk voor jongeren en een praktijk voor hulp bij leerachterstanden. We hopen dat deze huurders ook actief worden meegenomen om te kijken of ze op een andere plek in onze gemeente kunnen landen. Het valt op dat dit totaal niet genoemd wordt in de startnotitie.

Daarnaast valt ons op dat er helaas weer een uitzondering wordt gemaakt op de 30/40/30 regel Hier zullen wij bij de vaststelling van de kaders op terugkomen. Echter zijn we benieuwd bij de participatie of inderdaad het sentiment leeft dat er al genoeg sociale huur is in deze wijk. Wellicht is het daarom ook goed om hier woningzoekenden uit te nodigen voor de participatie, zodat we zeker weten dat we niet alleen bouwen wat er nog niet is, maar belangrijker, bouwen naar behoeften