Hoe kijkt u aan tegen het huidige Bestse welstandsbeleid?
De komende jaren zal er veel gebouwd en verbouwd worden in Best. Voor het (ver)bouwen van woningen is een omgevingsvergunning nodig. De gemeente moet daarbij nu letten op ‘een goede omgevingskwaliteit’. De huidige welstandsregels worden daarbij gehanteerd. In de toekomst kunnen dit nieuwe ‘beleidsregels voor het uiterlijk van bouwwerken’ worden.
In het laatste jaarverslag van de Bestse stadsbouwmeester C. van de Ven valt te lezen dat er 245 adviezen over welstand en architectuur verstrekt werden in Best. D66 zou graag willen horen hoe de aanvragers van die omgevingsvergunningen (en omwonenden, architecten of projectontwikkelaars) de welstandsbeoordelingen hebben ervaren. Wilt u s.v.p. per email aan [email protected] laten weten hoe u aankijkt tegen het huidige welstandsbeleid? Dan kunnen wij dit meenemen bij de bespreking in de gemeenteraad begin 2023.
Benoeming nieuwe stadsbouwmeester
In de gemeenteraadsvergadering van oktober jl. is gesproken over de instelling en bemensing van de commissie Ruimtelijke Kwaliteit. Die commissie gaat bestaan uit een stadsbouwmeester (voor het beoordelen van welstand) en twee deskundigen voor monumenten, te benoemen door het college van Burgemeester en Wethouders.
Op initiatief van D66 en Best Open is toen door de Bestse gemeenteraad besloten om de nieuwe stadsbouwmeester slechts tijdelijk te laten benoemen door B&W. Immers, eerst moet de gemeenteraad gaan bepalen wat het gewenste welstandsbeleid voor gebouwen in Best is. Pas dan kan een stadsbouwmeester aangesteld worden die daarop gaat toezien en architectonische kwaliteiten gaat beoordelen. De nieuwe Omgevingswet schrijft ook voor dat de gemeenteraad zo’n stadsbouwmeester benoemt; het is immers een taak van de politiek om de omgevingskwaliteit van de gemeente te organiseren.