Investeren in schoolgebouwen is investeren in de toekomst

Tijdens de Raadssessie van 8 mei 2025 sprak D66 Haarlemmermeer haar steun uit voor het nieuwe Integraal Huisvestingsplan (IHP) Onderwijs 2025–2040. Volgens fractievoorzitter Gerdien Knikker toont het plan aan dat intensieve samenwerking, luisteren, durven kiezen en verantwoordelijkheid nemen hebben geleid tot een breed gedragen resultaat. D66 is blij met het breed gedragen plan en dat er nu met 37 schoolgebouwen aan de slag gegaan wordt.

D66: Investeren in schoolgebouwen is investeren in de toekomst

Klas met kinderen Beeld: D66 Haarlemmermeer

Gezamenlijk plan voor toekomstbestendige scholen

Het nieuwe Integraal Huisvestingsplan (IHP) is opgesteld door de gemeente Haarlemmermeer in nauwe samenwerking met vijftien schoolbesturen. Het plan beschrijft hoe schoolgebouwen voor het primair, speciaal en voortgezet onderwijs in de periode tot en met 2040 worden vernieuwd, uitgebreid of vervangen. Doel is om kinderen en onderwijspersoneel te laten leren en werken in gebouwen die hen ondersteunen bij hun dagelijkse taak: voorbereiden op de toekomst.

Het IHP biedt een langetermijnvisie die rekening houdt met leerlinggroei, technische staat van gebouwen en wettelijke normen. Tegelijk is het een realistisch uitvoeringsplan dat focust op wat binnen de huidige financiële en personele capaciteit haalbaar is.

Gerdien Knikker

“Ieder kind leert beter in een veilige, frisse en fijne omgeving.”

Gerdien Knikker, fractievoorzitter D66 Haarlemmermeer

Nieuwe afspraken over financiering

Ten opzichte van het vorige IHP uit 2017 zijn er belangrijke afspraken gemaakt over de verdeling van kosten:

  • De gemeente investeert nu op basis van de wettelijke verplichting. Dit betekent dat de gemeente betaalt tot aan het kwaliteitsniveau van het geldende Besluit Bouwwerken Leefomgeving (BBL). Dit wettelijke niveau schrijft op dit moment onder andere voor dat gebouwen Bijna Energieneutraal (BENG) moeten zijn.
  • Daarnaast betaalt de gemeente mee om te zorgen voor een goed binnenmilieu, volgens de richtlijn Frisse Scholen Klasse B van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. Deze normen gelden vooral voor de leslokalen, niet alle nevenruimten. Dit wordt gedaan aanvullend op de wettelijke zorgplicht.
  • Als een schoolbestuur extra wensen heeft voor een hogere kwaliteit dan deze basis, betaalt het schoolbestuur deze investering zelf. Schoolbesturen mogen alleen investeren in ‘stenen’ als ze kunnen aantonen dat de investeringen bovenwettelijk zijn en terugverdiend kunnen worden.

Vernieuwbouw gelijkgesteld aan nieuwbouw

Een opvallende vernieuwing in het plan is de keuze voor vernieuwbouw in plaats van renovatie. Vernieuwbouw betekent dat een bestaand gebouw zó wordt aangepakt dat het functioneel en technisch vergelijkbaar wordt met nieuwbouw. Met het nieuwe beleid wordt vernieuwbouw nu financieel gelijkgesteld aan nieuwbouw: dezelfde regels en afschrijvingstermijnen gelden. Dit maakt het mogelijk om ook oudere gebouwen fundamenteel te verbeteren.

Voorwaarde is dat het schoolbestuur beschikt over een actueel Meerjarenonderhoudsplan (MJOP) per gebouw. Schoolbesturen zijn verantwoordelijk voor dit onderhoud en moeten vooruitlopend op een wetswijziging iedere vier jaar een MJOP opstellen met een looptijd van zestien jaar. 

Flexibel plan met oog voor veranderende omstandigheden

Hoewel het IHP een visie schetst tot en met 2040, blijft het plan flexibel. Iedere vier jaar wordt het herijkt, waarbij projecten kunnen worden bijgesteld op basis van nieuwe inzichten, leerlingprognoses, beleidswijzigingen of onvoorziene gebeurtenissen zoals brand of wijzigingen in wet- en regelgeving.

De uitvoering start met de projecten voor de periode 2025–2028, die worden opgenomen in de gemeentelijke begroting. De bestaande projectgroep IHP blijft actief om de voortgang te bewaken en daarnaast is er een werkgroep innovatie opgericht die vooruitkijkt naar snellere, slimmere en duurzamere oplossingen.

Belangrijk uitgangspunt: draagvlak en realisme

Het plan is tot stand gekomen na intensieve gesprekken met vijftien schoolbesturen, waarin verschillende belangen zijn afgewogen. Samen hebben zij prioriteiten gesteld, keuzes gemaakt en concessies gedaan. Niet alle projecten uit het vorige plan konden binnen de gestelde termijn worden gerealiseerd. Dat onderstreept het belang van uitvoerbare afspraken, heldere kaders en goede samenwerking.

In de bijlagen bij het plan is per school gedetailleerde informatie opgenomen over leerlingprognoses, ruimtebehoefte en gebouwcapaciteit voor elk jaar tot 2040.

Welke schoolbesturen zijn betrokken?

De volgende vijftien schoolbesturen werkten mee aan het IHP en vormen gezamenlijk de ‘Bevoegde Gezagsorganen’:

  • Aloysius Stichting Onderwijs Jeugdzorg
  • ASKO
  • Floreer Openbaar Onderwijs en Opvang
  • IRIS-CVO
  • Montessori Vereniging Haarlemmermeer
  • Stichting Dunamare Onderwijsgroep
  • Stichting Epilepsie Instellingen Nederland (SEIN)
  • Stichting IBA
  • Stichting iHUB Onderwijs
  • Stichting Levvel PI-scholen
  • Stichting Meer Primair
  • Stichting Onderwijs Auris
  • Stichting Spaarnesant
  • Stichting TWijs
  • Stichting WijWijzer Scholen

Hun betrokkenheid was essentieel bij het proces om tot een gedragen en realistisch plan te komen, waarbij moeilijke keuzes zijn gemaakt en schoolbesturen verschuivingen in projectplanningen hebben geaccepteerd vanuit de gezamenlijke maatschappelijke verantwoordelijkheid voor het onderwijs én alle kinderen in de gemeente Haarlemmermeer.