In een geparkeerde auto kun je niet wonen

Deze week oordeelde de Raad van State dat de bouw van project 1828 voorlopig niet door kan gaan: 150 nieuwe huurappartementen voor jongeren van 18 tot 28 jaar aan het Spaarne. De reden: te weinig parkeerplaatsen. De Raad van State toetste het bouwplan aan het – huidige – Haarlemse parkeerbeleid en kwam tot dit oordeel. 

Nu geen grip op het aantal auto’s

Te weinig parkeerplaatsen, dus geen betaalbare woningen voor jongeren. Geen betaalbaar thuis voor jonge mensen die ongetwijfeld veel liever een dak boven hun hoofd hebben, dan een auto onder hun kont. Wat D66 betreft moet er iets veranderen in Haarlem om te voorkomen dat de woningbouw vastloopt. Want we zitten klem.

We hebben in Haarlem geen grip op het aantal auto’s in onze stad. Daarom kunnen we bij nieuwbouw niet sturen op het aantal nieuwe auto’s dat erbij komt in een buurt. Dus zijn buurtbewoners bezorgd dat er meer auto’s in hun buurt komen, als we nieuwe woningen bijbouwen. En die zorgen begrijpen we. Maar wat D66 betreft kan het niet zo zijn dat we het stallen van stilstaande auto’s belangrijker vinden dan het huisvesten van Haarlemmers.

Nu echt tijd op parkeren te reguleren

Hoe gaan we dit oplossen? Het antwoord is simpel: het is nu écht tijd om het parkeren te reguleren. Met vergunningen voor bewoners en betaald parkeren voor bezoekers. Bewoners van nieuwbouwwoningen krijgen geen vergunning om hun auto op straat te parkeren. Dat is al jaren zo. En dat blijft zo. Wanneer we betaald parkeren invoeren, weten we dus zeker dat woningen bijbouwen niet leidt tot extra geparkeerde auto’s in de buurt. Dan hoeven bewoners zich geen zorgen meer te maken over de parkeerdruk bij nieuwbouw.

Want in Haarlem hebben we ruimte voor 9.000 extra woningen, niet voor 9.000 extra auto’s.