Op 13 januari van 2022 is Rinske Verhoef-Bouwknegt na een kort ziekbed overleden. Daarmee zijn we in Brabant een belangrijke veteraan en pionier verloren. Meer dan twintig jaar heeft ze zich ingezet voor D66. Ze had nog zoveel plannen, maar moest het leven loslaten. We bewaren dierbare herinneringen aan een strijdlustige, moedige vrouw. Rinske is 78 jaar geworden.
Rinske Bouwknegt is geboren in het Gelderse Brummen en studeert chemie in Leiden, waar ze actief is in het studentenleven. Ze ontmoet haar partner Nico en ze trouwen. Doordat hij een baan kan krijgen in het laboratorium van het Pasteurziekenhuis vestigen de twee zich in Oosterhout. Ze krijgen er drie kinderen. Naarmate de kinderen ouder worden, en naar school gaan, ontstaat er de ruimte om actief te worden binnen de gemeenschap. In de jaren zeventig worden ze lid van D66, een partij die dan net weer nieuw elan krijgt onder Jan Terlouw. Rinske en haar man horen bij de kleine basis die D66 in Oosterhout van de grond krijgt. In 1978 wordt ze actief als ondersteuner van de fractie in de gemeenteraad aldaar die door Henri Schijf wordt gevormd. Vier jaar later volgt ze hem op als partijleider en komt ze zelf in de gemeenteraad. D66 komt niet lang daarna electoraal weer in een dal terecht. Maar Rinske is een van de leden die optimistisch blijft. Ze is onderdeel van de campagnebijeenkomst die in 1985 in Arnhem wordt georganiseerd door de actieve groepen van verschillende afdelingen. Allen houden ze een plaatsnaambord omhoog. Rinske is er met een bord uit Oosterhout. De gemeentepolitiek is overigens niet de enige manier waarop ze zich voor haar woonplaats verdienstelijk maakte. Naast haar raadslidmaatschap is ze actief als voorzitter van de rechtswinkel en het centrum voor kunst en cultuur Oosterhout. Ook in het carnaval is ze actief. In 1989 ontvangt ze de “Grootste Kaai” van de Oosterhoutse prins. Een onderscheiding waar ze trots op is.
Ter nagedachtenis aan Rinske Verhoef (1943-2022
Een veteraan en pionier
De eerste acht jaar vormt Rinske in haar eentje de D66-fractie. ‘Een schreeuwende muis in een hok vol olifanten’ noemt het dagblad De Stem haar wel eens. Ze is fel in het debat en ligt geregeld in de clinch met de wethouders van het CDA en van Gemeentebelangen. Een stijl die men in Oosterhout tot dan toe nog niet gewend is. “Ik zeg iets niet echt lief en vriendelijk. Ik zeg precies wat ik bedoel.” zegt ze er zelf ooit over. Waardering is er ook voor haar gedrevenheid en enorme dossierkennis. “Ze bestudeerde de stukken tot op de komma en kwam altijd goed beslagen ten ijs” zegt Willy van Zelst, die enkele jaren met haar in de fractie zit. In 1990 is de fractie gegroeid naar 3 zetels en in 1994 worden het er zelfs 4. Een aantal dat tot dusver nooit geëvenaard is in de gemeenteraad van Oosterhout. De macht lijkt even in beeld maar dit eindigt in een desillusie. Een collegedeelname wordt D66 door de gevestigde partijen niet gegund en zodoende ziet ze het wethouderschap aan zich voorbij gaan. Om naar eigen zeggen de “vermoeidheidsverschijnselen” van een lang lopend raadslidmaatschap voor te zijn, richt ze zich op een nieuwe uitdaging. Ze wil een plek in het provinciehuis.
Bij de provinciale statenverkiezingen van 1995 moet D66 zetels inleveren, maar Rinske wordt wel gekozen. De fractie begint de periode onder leiding van lijsttrekker Henk Giebels, maar enkele maanden na de verkiezingen besluit hij het fractievoorzitterschap op te geven. Vanwege haar ervaring als fractievoorzitter valt de keuze op Rinske om hem op te volgen. Een paar maanden na haar verkiezing is ze ineens politiek leider van D66 in Noord-Brabant. Maar door haar ervaring in de gemeenteraad krijgt ze het snel onder de knie. Ze weet rust in de fractie te krijgen geeft de overige fractieleden veel vertrouwen en ruimte. Henk Giebels: “Ze heeft dat mijns inziens goed gedaan, ze was steeds vriendelijk voor iedereen.” Wel zijn orde en discipline belangrijk voor haar. “Haar calvinistische opvoeding en bèta-opleiding ervoer je terug in haar Statenwerk.” merkt Jan de Vaan op. Terwijl Rinske al haar teksten, zowel de eerste als de tweede termijn, keurig had uitgeschreven werkte Jan slechts met enkele steekwoorden en aantekeningen. “Toen Rinske dat de eerste keer zag zei ze: “Dit is chaos, dit werkt niet”. En na mijn beurt zei ze: “Het was een goed verhaal, maar hoe je het gedaan hebt begrijp ik echt niet.”
Rinske is ook hier een felle debater die de standpunten van de fractie op heldere wijze weet te verwoorden. Rinske gebruikte ook haar charme in het politieke debat. Iedereen vond het daardoor goed dat ze scherp kon zijn. Dat werkte in haar voordeel. Haar sociale vaardigheden zorgen er ook voor dat ze eenvoudig contact weet te leggen met politici van andere partijen. Al lukt dat niet altijd. “Binnen de fractie gaven we vaak af op de politieke houding van de VVD.” weet Aart-Jan Gorter zich te herinneren. Beter is de samenwerking met Groenlinks en de Christenunie. Ook met CDA-fractievoorzitter Jan van Melis heeft ze een goede verstandhouding. Naast de inhoud is het sociale ook belangrijk. Rinske maakt graag een praatje met haar collega’s over haar vakanties of over haar kinderen en kleinkinderen. “Rinske luisterde ook naar wat je te vertellen had en onthield wat je haar vertelde.” zegt toenmalig fractiemedewerker Ineke Griens erover. Met Ineke raakt ze ook goed bevriend. Bij de provinciale statenverkiezingen van 1999 voert Rinske de lijst van D66 aan. De partij legt bij deze campagne de focus op het vernieuwen van de dorpskernen en van de uitbreidingswijken uit de jaren zestig en zeventig. Door de landelijke problemen die D66 doormaakt kan ze niet voorkomen dat de partij weer een aantal zetels verliest. In haar tweede periode als statenlid wordt ze overvallen door ziekte en moet ze een tijd lang verzuimen. Ze weet echter volledig te herstellen en maakt de periode af.
In 2003 is het genoeg geweest en stelt ze zich niet meer beschikbaar voor een nieuwe periode. Bij haar afscheid komt ze in aanmerking voor een koninklijke onderscheiding. Die neemt ze echter nog niet aaan tijdens haar afscheid omdat ze deze liever in haar woonplaats Oosterhout krijgt. Een maand later wordt ze dan ook in Oosterhout onderscheiden als Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Haar rol binnen D66 wordt vanaf dat moment minder prominent. Wel blijft ze onderdeel van het vriendschappelijke netwerk dat zich rondom de provincie heeft gevormd. En voor hulp en advies is ze altijd beschikbaar. Ursie Lambrechts: “Je kon Rinske altijd bellen voor advies, wat ik ook wel eens gedaan heb en dan wist je zeker dat je een verstandig advies kreeg.” Rinske is op latere leeftijd ook erg actief in de damesafdeling van Probus, een sociale club voor mensen van boven de 55 die een maatschappelijke functie hebben vervuld. En ze geniet erg van haar kinderen en kleinkinderen. Want ondanks haar drukke maatschappelijke activiteiten is Rinske ook een familiemens.
Haar man Nico sterft in 2017 aan kanker. Bij zijn uitvaart wordt duidelijk hoeveel vrienden en kennissen de twee tijdens hun actieve leven hebben gemaakt. Ineke Griens is erbij: “Ik had nog nooit zoveel mensen op een afscheid gezien. Dat zie je normaal alleen bij een beroemdheid. Na het afscheid in een stampolle kerk moesten er voor de condoleance twee zalen worden gebruikt en ik heb Rinske in al die drukte niet kunnen vinden.” De COVID-maatregelen belemmerden een grote toeloop voor het afscheid van Rinske waardoor velen het online hebben moeten volgen. Jan de Vaan regelt namens D66 een bloemstuk. En haar vrienden van Probus houden een herdenkingsbijeenkomst in het bos.
Met Rinske verliest D66 een van zijn archetypische leden. Breed ontwikkeld, een rijk sociaal leven, reislustig, redelijke standpunten en een groot hart voor de samenleving. En een goed voorbeeld van wie goed doet, goed ontmoet. Een leven vol inzet voor de samenleving leverde waardering en een grote hoeveelheid vrienden op.
Geschreven door Rogier Verkroost met medewerking van Henk Giebels, Aart-Jan Gorter, Ineke Griens, Ursie Lambrechts, Jan de Vaan en Willy van Zelst.