De Nederlandse veestapel is veel te groot. We importeren sojabonen, we exporteren vlees en de mest blijft hier, samen met de gezondheidsrisico’s, de stank en alle vragen rond dierenwelzijn. Een halvering van de veestapel zou een eerste stap in de goede richting zijn, maar daar is nog geen zicht op.
Het ‘klimaatakkoord’ dwingt tot CO2-reductie en zo haalt de varkenssector 200 miljoen binnen. Maar het gaat om veel méér belangen. Véél dieren bij elkaar is een gezondheidsrisico voor de dieren en voor de omwonenden. Varkens … maar denk ook eens aan het rundvee dat ons eiland is binnengekomen en aan de oprukkende geiten, interessant voor de veehouders maar met longproblemen van omwonenden tot gevolg. [lees hier meer over] Stallen met honderden of vele duizenden dieren dragen niet bij aan het welbevinden van onze eilandbewoners en toeristen.
Daarom wil D66 géén toename van de veestapel op Noord-Beveland!
Minder dieren in Noord-Brabant = meer dieren op Noord-Beveland?
Rijk en provincie gaan 200 honderd miljoen investeren in een warme sanering van, in eerste instantie de Brabantse, varkenssector. Dit betekent dat boeren die stoppen met hun varkensbedrijf een vergoeding krijgen. Vermindert de veestapel daarmee daadwerkelijk? Of groeit tegelijkertijd het aantal dieren op, bijvoorbeeld, Noord-Beveland?