Vertrouwen begint bij openheid

Uit de stukken blijkt dat het college al vanaf 1 september beschikte over de subsidiebeschikkingen van de provincie, en op 9 september zelfs aanvullende informatie had ontvangen. Toch werd de gemeenteraad pas op 16 september geïnformeerd. Ondertussen was er wel al contact geweest tussen een wethouder en een externe werkgroep. “Dat is niet alleen slordig, het zet de raad buitenspel,” aldus De Visser. “En dat kunnen we niet accepteren.”

D66 benadrukt dat het niet gaat om de inhoud van de subsidie-uitkomst, maar om het proces. Wanneer externe partijen eerder informatie krijgen dan de gemeenteraad, ontstaat de schijn van ongelijke behandeling. “Iedere inwoner en elk initiatief verdient een eerlijk speelveld. Dat moet het uitgangspunt zijn van goed bestuur,” stelt De Visser.

Met de motie vraagt D66 het college om bij toekomstige subsidieregelingen – zeker die met een ‘wie het eerst komt’-criterium – vooraf met de raad te delen hoe keuzes worden gemaakt. “We willen voorkomen dat dit nog eens gebeurt,” zegt De Visser. “Fouten maken mag, maar ze negeren niet.”

Aan coalitiezijde werden in het debat stevige woorden gesproken over de handelwijze van het college. Ook zij erkenden dat de informatievoorziening tekort was geschoten en dat dit beter had gemoeten. Toch zagen de coalitiepartijen geen reden om mee te stemmen met de motie van afkeuring van D66. Volgens hen waren de excuses van het college en de toezegging om de werkwijze te verbeteren op dit moment voldoende.

Omdat de coalitiepartijen de motie niet steunden, werd deze uiteindelijk verworpen. Voor D66 doet dat echter niets af aan de boodschap. “Het gaat ons niet om het politieke spel,” zegt De Visser. “Het gaat om het principe dat de raad tijdig, volledig en gelijkwaardig wordt geïnformeerd. Alleen dan kunnen we samen werken aan een betrouwbaar en transparant Hof van Twente.”