De waarde van goed onderwijs is niet in geld uit te drukken

We mochten het in de laatste raadsvergadering hebben over de (ver)bouw, van twee scholen in Heemskerk.  Door mijn werk ben ik nauw betrokken bij het onderwijs en dat zorgt bij mij voor een stukje extra passie en bevlogenheid.
In de raad is het hebben van een mening heel belangrijk. Ik baseer deze vooral op de informatie die ik heb gelezen over het onderwerp. Vaak wordt deze aangevuld met wat ik hoor van mensen die ermee te maken hebben en bespreek ik met mijn fractiegenoten en andere raadsleden hoe zij erin staan.
Het bijzondere van ons democratische systeem is dat wij als raad een lekenbestuur zijn, we handelen op basis van politieke waarden en laten ons voeden door de kennis en ervaringen van anderen. De afgelopen vergadering viel me dat pas goed op. Bij dit onderwerp was ik namelijk geen leek, en wist ik veel meer van de inhoud, dan wat ik erover gelezen had. Ik moet ook eerlijk toegeven dat ik meerdere keren op mijn tong heb moeten bijten om niet als onderwijsmens, maar als raadslid te reageren.
Bij alle keuzes die je maakt in het onderwijs, staat het belang van de leerlingen centraal. Zeker bij de bouw van een nieuwe school en de wijze waarop de tijdelijke huisvesting in de tussenliggende periode wordt geregeld. De impact van een verbouwing, het verhuizen naar een andere locatie, doet wat met een school. Laat staan als die school over meerdere locaties wordt verspreid.
De beste stuurlui staan aan wal. Mijn collega raadsleden denken daar een eenvoudige oplossing voor te hebben,  “Groep 8 kan wel op de fiets, zij gaan toch van school”. “Wij hebben dat ook met onze kinderen meegemaakt en ja het was even niet leuk, maar uiteindelijk wen je aan de situatie”. De echte impact wordt hier niet mee beschreven. Een school is een samenleving in het klein en een dergelijke verandering is altijd groot. Daar mogen wij als raad rekening mee houden. En wat ben ik blij dat we tot een compromis zijn gekomen. We hebben als raad ingestemd met de bouw van ‘de Leonardus’ en de verbouw van ‘Eigenwijze’. Ook zijn we het met elkaar eens geworden dat we zo snel mogelijk van start moeten gaan. En voor de tijdelijke huisvesting wordt niet alleen gekeken naar de kosten, maar ook naar het belang van de leerlingen, de docenten en de kwaliteit van het onderwijs.