Gebiedsontwikkeling Badhoevedorp: regie, daadkracht en transparantie essentieel

Na afloop van de raadsvergadering gaf Carin Smand een kort interview aan MeerRadio. Daarin onderstreepte ze dat gebiedsontwikkeling in de eerste plaats een verantwoordelijkheid van de gemeente is. “Het college én de raad dragen gezamenlijk de verantwoordelijkheid om het algemeen belang te bewaken en te vertegenwoordigen. Die publieke verantwoordelijkheid kan niet worden uitbesteed aan marktpartijen. Wel is samenwerking met hen belangrijk, maar dan wel op basis van gelijkwaardigheid. Haarlemmermeer is ambitieus, heeft een betrokken college, een sterke ambtelijke organisatie en een raad die vooruit wil. De vraag is echter of de gemeente de juiste instrumenten in handen heeft en die voldoende gebruikt om het publieke belang goed te beschermen,” aldus Smand.

Een van de grootste zorgen die raadslid Smand uitspreekt, is de afstand van de gemeenteraad tot het proces. Onderhandelingen tussen ontwikkelaars en grondeigenaren vinden vaak achter gesloten deuren plaats, en participatie geschiedt onder geheimhouding. Dit roept niet alleen vragen op over de invloed van de raad, maar ook over de zichtbaarheid van de gemeentelijke regie. Voor het draagvlak en vertrouwen onder inwoners en ondernemers is transparantie essentieel, en daar hoort een duidelijke rol voor de raad bij. D66 roept dan ook op om scherper af te bakenen wanneer en hoe de raad betrokken wordt, uiteraard binnen de grenzen van wat vertrouwelijk moet blijven. Mevrouw Smand wijst erop dat de gemeente moet kunnen ingrijpen als marktpartijen er onderling niet uitkomen, zoals eerder in Badhoevedorp is gebeurd. Het vraagstuk “Is er wel regie?” blijft relevant, gezien de lange looptijd van het project sinds 2005.

Een ander acuut probleem is de verloedering van het centrum van Badhoevedorp. Hoewel aan de randen grote nieuwe wijken zijn gebouwd en er veel nieuwe mensen wonen, heeft het dorp “geen hart, geen ziel”. Carin, die zelf in Badhoevedorp woont, heeft de verloedering persoonlijk zien toenemen. Ze vertelt: “Het is een gezellig dorp geweest, maar ik heb het ook persoonlijk hoe langer hoe minder zien worden”. Ze beschrijft “pandjes die gestut zijn omdat ze anders gewoon instorten en daar zitten we natuurlijk wel met z’n allen al decennia lang tegenaan te kijken”.

De complexiteit wordt verder vergroot doordat de supermarkten vaak direct of indirect eigenaar zijn van de grond in het centrum, wat het ingewikkeld maakt om tot een gezamenlijk gedragen plan te komen. Hoewel het college hier nu flink in heeft geïnvesteerd, blijft het ongemakkelijk dat veel beslissingen achter gesloten deuren en onder geheimhouding worden genomen. Ondertussen staan inwoners “te popelen om dat centrum uit de grond te stampen”, omdat het zo nodig is.

Het dossier verkeer blijft “taai” in Badhoevedorp. Het verkeersbeeld is helder: het loopt vast. Er zijn simpelweg te weinig ontsluitingswegen en, bijvoorbeeld, de verbreding van de S106 verandert hier weinig aan. Er zijn structurele oplossingen nodig. Carin benadrukt ook dat de gemeente alerter moet zijn op ontwikkelingen van buitenaf, zoals betaald parkeren in Amsterdam of de afsluiting van een weg in Sloten, en pleit voor betere afspraken binnen de Vervoerregio. Daarnaast moet voorkomen worden dat essentiële wegen, zoals de Kamerlingh Onneslaan, worden geschrapt vanwege kosten, omdat dit leidt tot lange termijnproblemen.

D66 verwacht van het college dat het de raad actief meeneemt in dilemma’s, scenario’s en afwegingen. Alleen zo kan de controlerende taak van de raad serieus worden genomen en wordt voorkomen dat de raad pas achteraf wordt geconfronteerd met reeds gemaakte keuzes.

De toekomstige stappen omvatten het afspreken van een Definitief Stedenbouwkundig Ontwerp (DSO) voor het centrum. D66 hoopt dat dit DSO dusdanig in elkaar zit, dat er “heel veel ruimte” ontstaat voor de wensen en verwachtingen van inwoners en ondernemers. Deze wensen zijn immers al vastgelegd in een beeldkwaliteitsplan uit 2018. Over de gewenste jaren ’30 bouwstijl merkt raadslid Smand op dat deze “levensloopbestendig” is en dat deze stijl veel mensen aanspreekt.

Op de vraag van de verslaggever van MeerRadio wanneer de eerste paal voor het nieuwe centrum de grond in gaat, antwoordt Carin Smand: “Ik hoop volgend jaar, maar ik vrees dat dat heel optimistisch is.” Ze besluit met een duidelijke oproep: regie, daadkracht en transparantie zijn essentieel. Alleen zo kunnen we werken aan vertrouwen en draagvlak in Badhoevedorp en de rest van onze gemeente.