Regionaal Mobiliteitsprogramma
Eindelijk was het zover, het langverwachte Regionaal Mobiliteitsprogramma (RMP). De visie van het college waarmee we sneller en schoner van Appelscha naar Bolsward gaan.
Wij zijn blij met het RMP omdat er een hoop goede dingen in staan. Bijvoorbeeld de duidelijke relatie tussen mobiliteit, kansengelijkheid en gezondheid. De inzet op het STOMP-principe (Stappen, Trappen, OV en Mobility as a Service, Personenwagens) waarmee we eerst inzetten op gezond en duurzaam vervoer en daarna pas fossiel. Of bijvoorbeeld mobiliteit vergroten door de inzet op hubs en aandacht voor mobiliteit voor iedereen.
Maar om veel van de doelen te halen moet er echt nog veel werk worden verzet. Want als wij een duurzame toekomst willen, dan moeten we niet 49% maar minimaal 55% CO2 reduceren in 2030. Als alle bussen in 2030 zero-emissie moeten zijn dan moeten er nog flink wat nieuwe bussen gekocht worden. Nu, aan het einde van 2022, zijn namelijk nog maar zo’n 12% van alle bussen zero-emissie. En als wij willen dat mobiliteit bijdraagt aan de gezondheid van onze inwoners, dan moeten we daar voor 2025, 2030 en 2040 ook doelstellingen voor opnemen. Deze doelstellingen ontbraken helaas nog.
Bij de startnotitie hadden we al aandacht gevraagd voor de meest elementaire vorm van bewegen: lopen. We kregen de toezegging dat dit uitgewerkt zou worden, maar dit was wel heel magertjes gedaan. We dienden daarom het voorstel van GrienLinks mee in om te zorgen voor meer aandacht voor lopen. En het voorstel van de VVD om hubs te maken voor fietsers ook. Beide voorstellen haalden het!
Mobiliteit moet veilig zijn. Dat geldt niet alleen voor als we lopen, fietsen of auto rijden. Het geldt ook voor als we varen op het water. Gek genoeg was hier nauwelijks aandacht voor. Dit vonden wij zorgelijk, omdat het juist sinds corona drukker is op de Friese wateren. De kans op ongelukken neemt hiermee toe. “Elts kin sa in boat oant 15 meter hiere en it wetter op gean sûnder kennis fan rigels. Jo moatte der net oan tinke dat elts sa de autodyk op gean soe,” zei Statenlid Bea Bijlsma.
We dienden daarom een voorstel in om de watersportregels toe te voegen aan de Friese watersportapp. Op deze app staat al veel informatie, bijvoorbeeld waar je mag snel varen, waar drukke knooppunten zijn of als er vrachtschepen in de buurt zijn. Door ook de watersportregels hieraan toe voegen kunnen we de Friese wateren veiliger maken. Het voorstel haalde het. Het college gaat dit idee nu bespreken met de watersportondernemers. In het eerste kwartaal van 2023 komt dit weer aan de orde.
Tot slot vroegen we aandacht voor de treinreizigers van Deinum en Dronryp en de bewoners naast station Harlingen Haven. Sinds december 2020 hebben reizigers op het traject Leeuwarden – Harlingen Haven twee keer een goede aansluiting op treinen vanaf Leeuwarden. Maar dat kan alleen door een trein twee keer per uur 25 in plaats van 4 minuten te parkeren op Harlingen Haven. Vaak staat de motor dan ook nog aan. De mensen die naast het station wonen, wonen nu haast de hele dag naast ronkende treinen.
Tot 10 april geldt een afgeschaalde dienstregeling met minder treinen. Treinen staan nu minder lang stil op Harlingen Haven. De bewoners naast het station zijn daar erg blij mee. De reizigers van Dronryp en Deinum zijn dat niet omdat de trein minder vaak bij hen stopt. Wij begrijpen dat Arriva met personeelstekorten zit en nu niet anders kan. Wij hopen dat per 10 april de volledige dienstregeling weer rijdt. Maar dan ontstaan wel weer de problemen bij de bewoners naast Harlingen Haven.
We hadden daarom een aantal vragen aan de gedeputeerde. Bijvoorbeeld over het in gesprek gaan met de bewoners of het terugdringen van de overlast. Helaas zijn deze nog niet voldoende beantwoord. We komen daarom na het reces hierop terug.