Toch maak ik me grote zorgen over de keerzijde van deze maatregel. Het kabinet financiert de huurbevriezing namelijk door fors te snijden in de bouw en verduurzaming van sociale huurwoningen. Volgens de woningcorporaties zelf gaat het om maar liefst 180.000 woningen die de komende jaren niet gebouwd kunnen worden, of om 1,8 miljoen woningen die niet geïsoleerd zullen worden. Zonder goede isolatie stijgen de woonlasten voor huurders de komende jaren juist ongenadig hard.
In onze dorpen merken we dagelijks wat het betekent als er te weinig woningen zijn. De wachttijd voor een sociale huurwoning in onze gemeente bedraagt inmiddels gemiddeld 15 jaar. Dat is veel en veel te lang. Niet alleen voor mensen in acute nood – zoals jongeren die niet meer thuis kunnen blijven of mensen die uit een zorginstelling door willen stromen naar een eigen plek – maar ook voor de ‘gewone’ woningzoekende. Denk aan starters of jonge gezinnen. Of aan de mensen die zich dagelijks inzetten voor onze gemeenschap: brandweervrijwilligers, politiemedewerkers, leraren, of mensen die werken in onze winkels en bedrijven. Hun leven staat soms stil, omdat er geen passende woning te vinden is. Een huurbevriezing klinkt sympathiek op de korte termijn, maar is door het schrappen van nieuwbouw op de lange termijn desastreus. Als we niet blijven investeren in de bouw van nieuwe, betaalbare woningen, lossen we geen problemen op – we schuiven ze voor ons uit.
Daarom hoop ik dat het kabinet alsnog oplossingen vindt om de sociale woningbouw én de isolatieplannen overeind te houden. In Bunnik staan wij klaar om te bouwen – ook sociale huurwoningen – samen met de woningcorporaties. Maar dan moeten zij wel de ruimte krijgen om dat te doen. Ik duim, samen met onze huurders, voor een huurbevriezing met perspectief. Want het mag dan in Nederland wel eens vriezen of dooien – laten we in elk geval zorgen dat de bouwplannen niet bevriezen.
Wethouderscolumn: vriezen en dooien
Een paar weken geleden kondigde het kabinet aan dat de huren in de sociale sector worden bevroren. Op zich een begrijpelijke maatregel: veel mensen hebben het financieel moeilijk en verlichting is meer dan welkom. De boodschappen zijn de afgelopen jaren flink duurder geworden, net als sporten, zorg en energie. Als wethouder hoor ik regelmatig hoe inwoners worstelen met hun maandelijkse lasten.