De verzorgingsstaat in de 21e eeuw

De verzorgingsstaat staat al vanaf de jaren ‘80 van de vorige eeuw vrijwel onafgebroken ter discussie. Toch blijven de uitdagingen voor de verzorgingsstaat onverminderd groot. Een aantal van de opgaven waar de verzorgingsstaat momenteel voor staat zijn vergrijzing, migratie, digitalisering en de flexibilisering op de arbeidsmarkt. Deze uitdagingen vragen om sociaal-liberale oplossingen. Daarom onderzoeken we in het project ‘De verzorgingsstaat in de 21e eeuw’ hoe een sociaal-liberale verzorgingsstaat er uit zou zien. Hoe gaan we om met de stijgende kosten die de vergrijzing met zich meebrengt? Hoe bereiden we ons voor op (tijdelijke) digitale werkloosheid? En moeten we sociale zekerheid misschien op Europees niveau gaan regelen?

Om de verzorgingsstaat te kunnen heruitvinden moeten we vaststellen welke eigen verantwoordelijkheid ieder individu heeft, en waar die eigen verantwoordelijkheid stopt en de verantwoordelijkheid van de Staat begint. Moet de overheid alleen kansengelijkheid garanderen? Is dat voldoende? Wat verwachten we van mensen? En wat gunnen we ze? Dit zijn fundamentele vragen, waar we in het project ‘Het Meritocratieprobleem’ sociaal-liberale antwoorden op trachten te formuleren.

Tot slot ontkomt iemand die met een sociaal-liberale bril naar de verzorgingsstaat en de meritocratie kijkt onmogelijk aan het thema ongelijkheid. De laatste jaren is er veel gezegd en geschreven over economische ongelijkheid, specifiek inkomensongelijkheid. Over de manieren waarop (een exces aan) inkomensongelijkheid schadelijk is voor kansengelijkheid – en voor de economie – is dan ook veel bekend. Maar terwijl inkomensongelijkheid in Nederland relatief klein is, is de vermogensongelijkheid dat geenszins. Daarom onderzoeken we in het project ‘Vermogensongelijkheid’ hoe ongelijkheid in vermogen interacteert met belangrijke sociaal-liberale waarden als kansengelijkheid.

Contactpersoon: Xander Prijs.